Antwoord op vragen van het lid Alkaya over het bericht dat het Duitse handelsministerie wetgeving voorbereidt die Duitse bedrijven tot gepaste zorgvuldigheid verplicht

Hierbij bied ik de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Alkaya over het bericht dat het Duitse handelsministerie wetgeving voorbereidt die Duitse bedrijven tot gepaste zorgvuldigheid verplicht. Deze vragen werden ingezonden op 14 februari 2019 met kenmerk 2019Z02942.

De Minister voor Buitenlandse Handel

en Ontwikkelingssamenwerking,

Sigrid A.M. Kaag

Antwoorden van de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking op vragen van het lid Alkaya (SP) over het bericht dat het Duitse handelsministerie wetgeving voorbereidt die Duitse bedrijven tot gepaste zorgvuldigheid verplicht

Vraag 1

Wat vindt u er van dat Duitsland een wet voorbereidt die bedrijven zal dwingen om de risico’s in hun waardeketen in kaart te brengen? Heeft u wetgeving op het gebied van Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (IMVO), vergelijkbaar met de Duitse, in voorbereiding om in te voeren indien blijkt dat de convenanten niet aan de gestelde doelen kunnen voldoen? 1) Zo nee, waarom niet en wanneer is voor u het moment wel aangebroken? Zo ja, wanneer komt deze in consultatie?

Antwoord

In het regeerakkoord staat dat de IMVO-convenanten worden voortgezet. Na twee jaar wordt bezien of en zo ja, welke dwingende maatregelen genomen kunnen worden. Zoals ik tijdens het Algemeen Overleg IMVO van 6 maart 2018 al aangaf, wil ik niet vooruitlopen op wat het regeerakkoord stelt. In het najaar van dit jaar zal een evaluatie van het convenantenbeleid worden gestart. Op basis van de conclusies kunnen we bezien welke aanvullende maatregelen nodig zijn, bijvoorbeeld op bepaalde thema’s of in bepaalde sectoren.

Ter voorbereiding op eventuele maatregelen worden de voor- en nadelen onderzocht van diverse instrumenten die onderdeel uit kunnen maken van de ‘doordachte mix’ van maatregelen die de UN Guiding Principles on Business and Human Rights voorschrijven. Dit betreft zowel nationale en internationale, als bindende en niet-bindende maatregelen. Zo heeft PWC recent op verzoek van de overheid onderzoek gedaan naar strategieën en instrumenten die andere landen gebruiken om IMVO te bevorderen. Dit onderzoeksrapport ( Strategieën voor IMVO) zal uw Kamer eveneens toegaan. Tevens wordt gekeken naar beleidsontwikkelingen binnen de EU die (ook) effect hebben op ketenverantwoordelijkheid door bedrijven. Informatie over de aanpak in andere landen kan ons een idee geven over wat werkt en wat niet. Dit moet ons helpen om, als de conclusies van de evaluatie beschikbaar zijn, snel keuzes te kunnen maken voor aanvullende maatregelen.

Vraag 2
Deelt u de mening dat het voorbereiden van wetgeving in ieder geval een effectieve manier is om bedrijven en het maatschappelijk middenveld tot overeenstemming te laten komen, daarbij onder andere in acht nemende wat de minister van Financiën heeft gedaan om de bancaire sector een convenant te laten sluiten?

Antwoord

Minister Dijsselbloem heeft in december 2014 aangeven dat het toenmalige kabinet bereid was in wetgeving normen voor te stellen, als de bancaire sector geen voortgang zou maken met de afronding van het IMVO-convenant. [1] Er was echter geen wetgeving in voorbereiding om de afsluiting van dit IMVO-convenant te bevorderen.

Het betrekken van belanghebbenden bij het ontwikkelen van beleid vind ik vanzelfsprekend. Er is al contact tussen het ministerie van Buitenlandse Zaken en een aantal wetenschappers, met betrekking tot mogelijke vormen van wetgeving. Daarnaast zijn er plannen voor brainstormsessies met bedrijven en maatschappelijke organisaties, bijvoorbeeld over de uitdagingen op het gebied van monitoring en toezicht in productielanden en wat dat betekent voor beleid in Nederland. Overigens zullen de Kamer, het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld, conform Motie Voordewind (Kamerstuk 26 485 nr. 298) binnenkort ook betrokken worden bij het opstellen van de Terms of Reference van de evaluatie van het huidige IMVO-convenantenbeleid. De convenantpartijen en deelnemende bedrijven worden natuurlijk ook betrokken bij de uitvoering van de evaluatie.

Vraag 3
Welke inspanningen verricht u om bedrijven die niet deelnemen aan een convenant, maar wel actief zijn in een sector waarin er wel een convenant tot stand is gekomen, te verleiden om toch deel te nemen? Overweegt u het ondertussen wél om op zijn minst convenanten met een grote dekking algemeen verbindend te verklaren voor een sector?

Antwoord

Samen met de andere convenantpartijen organiseert de overheid bijeenkomsten om nieuwe bedrijven te werven. Ook benaderen de convenantpartijen individuele bedrijven met de vraag zich aan te sluiten bij een convenant.

Voor het algemeen verbindend verklaren van convenanten bestaat op dit moment geen wettelijke grondslag. Het algemeen verbindend verklaren van afspraken vastgelegd in IMVO-convenanten, is één van de mogelijkheden binnen een ‘doordachte mix’ van maatregelen.

1)https://www.business-humanrights.org/en/german-development-ministry-drafts-law-on-mandatory-human-rights-due-diligence-for-german-companies



[1] Algemeen Overleg Bankieren: duurzaam, dienstbaar en divers, 10 december 2014, (Kamerstuk 32013, nr. 94).

Indiener(s)