Antwoord op vragen van het lid Van Dam over het artikel 'Doe altijd aangifte! Maar waarom doen hulpverleners het zelf dan niet?'

In antwoord op uw brief van 18 januari 2019 deel ik u mee dat de schriftelijke vragen van het lid Van Dam (CDA) aan de minister van Justitie en Veiligheid over het artikel 'Doe altijd aangifte! Maar waarom doen hulpverleners het zelf dan niet?' worden beantwoord zoals aangegeven in de bijlage bij deze brief.

De Minister van Justitie en Veiligheid,

Ferd Grapperhaus


Antwoorden Kamervragen van het lid Van Dam (CDA) aan de minister van Justitie en Veiligheid over het artikel 'Doe altijd aangifte! Maar waarom doen hulpverleners het zelf dan niet?' (ingezonden 18 januari 2019, kenmerk: 2019Z00758)

Vraag 1

Kent u het artikel 'Doe altijd aangifte! Maar waarom doen hulpverleners het zelf dan niet?'? [1] Kent u daarnaast de nota 'Oud en Nieuw 2018-2019 landelijk beeld jaarwisseling 2018-2019 in Nederland' van De landelijke Eenheid, Dienst landelijke informatie organisatie, IKKL –IKN, van 10 januari 2019? [2] Kent u voorts het artikel 'Geweld tegen agenten verdubbeld: ‘onbegrijpelijk’'? [3]

Antwoord vraag 1

Ja.

Vraag 2

Klopt de stelling in het artikel uit het Algemeen Dagblad van 16 januari 2019 dat politieagenten geen aangifte doen indien er geweld jegens hen gebruikt is tijdens de jaarwisseling? Herkent u dit beeld? Herkent u zich in de zin in de nota van de politie (pagina 11) dat politieagenten geen aangifte van geweld durven te doen, omdat zij bang zijn voor represailles? Indien u zich herkent in deze stelling, kunt u dan aangeven waarom agenten bang zouden zijn voor represailles?

Vraag 3

Zijn er redenen om aan te nemen dat agenten, in meer gevallen dan de jaarwisseling, geen aangifte doen indien er geweld tegen hen gebruikt is of er gedreigd is met geweld tegen hen? Kunt u een algemeen beeld schetsen van de aangiftebereidheid onder politieagenten?

Antwoord vragen 2 en 3

Er zijn op dit moment geen cijfers beschikbaar die de in voornoemd artikel aangehaalde stelling (dat politieagenten als er geweld tegen hen is gebruikt gedurende de jaarwisseling geen aangifte doen) kunnen staven of onderbouwen. De stelling dat politieagenten geen aangifte van geweld durven doen uit angst voor represailles herken ik niet. Uit de eerder door politie uitgevoerde handmatige analyse van de incidenten voor het Landelijk Beeld Jaarwisseling blijkt dat dit ging om werknemers met een publieke taak, niet zijnde politieambtenaren. Desalniettemin is het zaak dat alle werknemers met een publieke taak altijd aangifte doen wanneer geweld tegen hen is gebruikt. Indien een hulpverlener bedreigd wordt naar aanleiding van een aangifte neemt de politie dit serieus. Ook bij andere hulpverleners dan de politie kan de werkgever aangifte doen.

Bij navraag heeft de politie mij bevestigd geen signalen ontvangen dat de aangiftebereidheid onder politieambtenaren in algemene zin niet optimaal is. Het is wel zo dat de snelle opeenvolging van incidenten tijdens de jaarwisseling er voor zorgt dat politiemedewerkers niet in alle gevallen melding van GTPA hebben gedaan. Dit is overigens niet anders dan in voorgaande jaren.

Tijdens de jaarwisseling is het helaas zo dat een deel van de hulpverleners tijdens het werk te maken krijgt met bedreiging, intimidatie en fysieke agressie. Ik wil benadrukken dat dit onacceptabel is. Juist in dit soort schrijnende omstandigheden is het doen van aangifte belangrijk.

Het beleid bij politie bestaat uit een uitvoeringsregeling van ‘Geweld Tegen Politie Ambtenaren’ (GTPA) inclusief twee richtlijnen. Vanuit de politieorganisatie wordt gestimuleerd melding en aangifte te doen van geweld tegen politieambtenaren, als het gaat om strafbaar geweld wordt door de politieorganisatie aangifte gedaan. Hier wordt door leidinggevenden doorlopend aandacht voor gevraagd. Er zijn verschillende mogelijkheden bij het doen van aangifte, waaronder het kiezen voor aangifte onder domicilie (bijvoorbeeld de werkplek als domicilie). Hierdoor kan de verdachte geen kennis nemen van het privé adres van de aangever. Ook is er de mogelijkheid dat de leidinggevende, vanuit zijn verantwoordelijkheid als werkgever, aangifte doet. De politieambtenaar wordt verder in bescherming genomen door er zorg voor te dragen dat de voortgang van het opsporingsonderzoek en het dossier wordt afgeschermd en alleen kan worden geraadpleegd door daarvoor geautoriseerde personen.

Vraag 4

Is er nu wel of niet sprake van een toename aan geweldsincidenten tegen hulpverleners, zoals is betoogd door plaatsvervangend korpschef van Essen in het Algemeen Dagblad van 1 januari 2019, namelijk een toename van 27 incidenten bij de jaarwisseling 2017-2018 naar 59 incidenten bij deze jaarwisseling? Hoe verhoudt die uitspraak zich tot het overzicht in de nota van de politie (pagina 10) waar vermeld staat dat het aantal GTPA-incidenten gestegen is van 51 naar 59?

Antwoord vraag 4

Het bericht waar aan gerefereerd wordt, bevat uitspraken die gedaan zijn op basis van voorlopige cijfers. De definitieve cijfers heb ik aan uw Kamer gezonden per brief van 11 januari 2019. [4] Daarin staat aangegeven dat het aantal incidenten tegen politieambtenaren is gestegen van 51 naar 59. Het aantal politieambtenaren dat slachtoffer is geworden van geweld tijdens de jaarwisseling is weliswaar gedaald van 88 naar 82, maar bedacht moet worden dat het aantal slachtoffers van fysiek geweld is gestegen van 38 naar 58.

Vraag 5

Kunt u deze vragen beantwoorden voordat het debat over geweld tegen hulpverleners tijdens de jaarwisseling plaatsvindt?

Antwoord vraag 5

Ja.



[2] Kamerstuk 28684-547

[4] Kamerstukken II 2018/19, 28684, nr. 547.

Indiener(s)