Antwoord op vragen van het lid Van Ojik over het bericht dat een asielzoeker uit Bahrein na zijn uitzetting direct is gearresteerd

Hierbij bied ik u de antwoorden aan op de schriftelijke vragen die zijn gesteld door het lid Van Ojik (GroenLinks) over het bericht dat een asielzoeker uit Bahrein na zijn uitzetting direct is gearresteerd.

Deze vragen werden ingezonden op 8 januari 2019 met kenmerk 2019Z00113.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

Mark Harbers

Antwoorden van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op de vragen van het lid Van Ojik (GroenLinks) over het bericht dat een asielzoeker uit Bahrein na zijn uitzetting direct is gearresteerd (ingezonden 8 januari 2019, nr. 2019Z00113)

Vraag 1

Kent u het bericht 'Uitgezette Bahreini thuis gearresteerd'? 1)

Antwoord vraag 1

Ja.

Vraag 2

Kunt u bevestigen dat Ali Mohammed al-Showaikh bij aankomst op het vliegveld van Manama is gearresteerd en is mishandeld en gemarteld? Zo nee, bent u bereid opheldering te vragen bij de Bahreinse autoriteiten?

Antwoord vraag 2

Zoals uw Kamer bekend kan ik in verband met de privacy van de betrokken persoon geen uitspraken doen over individuele zaken en eventuele uitzettingen. Het kan onder omstandigheden voorkomen dat een afgewezen asielzoeker die is uitgezet bij aankomst in het land van herkomst door de autoriteiten wordt gearresteerd. Daar kunnen verschillende oorzaken voor zijn, die niet altijd te maken zullen hebben met het afgewezen asielverzoek.

Vraag 3

Bent u bekend met het verslechteren van de mensenrechtensituatie in Bahrein de afgelopen jaren? Zo ja, waarom heeft dit nog niet geleid tot aanpassing van het landgebonden beleid ten aanzien van Bahrein?

Antwoord vraag 3

Iedere asielaanvraag wordt beoordeeld op zijn individuele merites. Voor de meeste landen waar asielzoekers vandaan komen is er geen specifiek landgebonden asielbeleid in de Vreemdelingencirculaire 2000 opgenomen. Vaak wordt specifiek beleid pas opgesteld als er relatief veel asielzoekers uit een land komen en uit een ambtsbericht van het ministerie van Buitenlandse Zaken blijkt dat sprake is van risicogroepen of kwetsbare minderheden. Voor Bahrein is er geen specifiek landgebonden asielbeleid, mede gelet op de relatief zeer lage instroom (circa 10 asielzoekers in 2018) en dat het algemene asielbeleid afdoende mogelijkheden biedt. Ik zie vooralsnog geen aanleiding om het beleid te wijzigen.

Dat er geen specifieke landgebonden asielbeleid is, betekent dat de IND het asielverzoek toetst op basis van de algemene uitgangspunten, zoals neergelegd in de Vreemdelingenwet, het Vreemdelingenbesluit en de Vreemdelingencirculaire, afgezet tegen wat uit openbare bronnen bekend is over Bahrein. Dat zijn onder meer de rapporten van Amnesty International, Human Rights Watch en diverse VN-organisaties, maar ook rapporten van andere landen, bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten.

Voor Bahrein geldt dat uit verschillende bronnen blijkt dat de mensenrechtensituatie in de laatste jaren verslechterd is. Dit geldt met name voor kritische geluiden vanuit de oppositie op het bewind, mensenrechtenactivisten en journalisten en de vrijheid van meningsuiting, vereniging en vergadering.

Deze ontwikkelingen worden door de IND betrokken bij de beoordeling van een individueel asielverzoek. Wanneer een asielzoeker aannemelijk maakt dat, gelet op zijn of haar individuele verhaal, tegen de achtergrond van de algemene situatie in Bahrein een gegronde vrees voor vervolging bestaat of bij terugkeer een reëel risico bestaat op een vernederende of onmenselijke behandeling dan wordt asiel verleend.

Vraag 4

Bent u van mening dat de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) ten aanzien van Al-Showaikh een zorgvuldige inschatting van het gevaar bij terugkeer (non-refoulement) heeft gemaakt? Zo ja, hoe rijmt u zijn arrestatie met deze inschatting?

Antwoord vraag 4

Ik verwijs u naar mijn antwoord op vraag 2.

Vraag 5

Bent u bereid een nieuwe beoordeling te maken van de veiligheids- en mensenrechtensituatie in Bahrein in het kader van beoordeling in asielprocedures? Zo nee, waarom niet?

Antwoord vraag 5

Zoals ik ook bij vraag 3 beantwoord heb wordt bij iedere asielaanvraag een individuele afweging gemaakt door de IND waarbij het relaas van de persoon van groot belang is. Een nieuwe beoordeling van de veiligheids- en mensenrechtensituatie doet hieraan niet af.

Vraag 6

Bent u bereid een besluit- en vertrekmoratorium in te stellen voor Bahrein tot u een beter beeld heeft van de veiligheids- en mensenrechtensituatie? Zo nee, waarom niet?

Antwoord vraag 6

Nee, daartoe ben ik niet bereid. Een besluit- of vertrekmoratorium wordt ingesteld als de situatie in een land van herkomst dermate onduidelijk of chaotisch is dat op dat moment geen gewogen beslissing kan worden genomen. Een voorbeeld daarvan was de opkomst van IS in Irak.

Er is een goed beeld van de veiligheids- en mensenrechtensituatie in Bahrein. Dit wordt door de IND meegenomen bij de beoordeling van iedere individuele asielaanvraag. Of asiel wordt verleend is afhankelijk van de aannemelijkheid van het individuele relaas of gegronde vrees voor vervolging bestaat of bij terugkeer een reëel risico bestaat op een vernederende of onmenselijke behandeling.

Vraag 7

Wat gaat u ondernemen om Al-Showaikh bij te staan? Bent u voornemens gehoor te geven aan de oproep van Amnesty en Vluchtelingenwerk om hem vertrouwelijke toegang te verschaffen tot een advocaat? Zo nee, waarom niet?

Antwoord vraag 7

Ik verwijs u naar mijn antwoord op vraag 2.

I

1) Volkskrant, 7 januari 2019

Indiener(s)