Antwoord op vragen van de leden Van Helvert, Voordewind en Van der Staaij over de bedreiging, onderdrukking en roof van christenen in Irak

Hierbij bied ik de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Van Helvert, Voordewind en Van der Staaij over de bedreiging, onderdrukking en roof van christenen in Irak. Deze vragen werden ingezonden op 10 december 2018 met kenmerk 2018Z23335.

De Minister van Buitenlandse Zaken,




Stef Blok

[Ondertekenaar 2]

[Ondertekenaar 3]

[Ondertekenaar 4]


Antwoorden van de Minister van Buitenlandse Zaken op vragen van de leden Van Helvert (CDA), Voordewind (ChristenUnie) en Van der Staaij (SGP) over de bedreiging, onderdrukking en roof van christenen in Irak.

Vraag 1

Hoe beoordeelt u de berichtgeving [1] dat een Iraakse militie de ingang van een kerk in het stadje Bartella geblokkeerd heeft, wapens afgevuurd heeft en een priester bedreigd heeft?

Antwoord

Iedereen moet de vrijheid hebben om zijn of haar religie of levensovertuiging uit te kunnen oefenen. Het kabinet dringt daar dan ook consequent op aan bij de Iraakse autoriteiten. Zo heb ik tijdens mijn recente bezoek aan Irak de positie van minderheden, waaronder christenen, bij de Minister van Buitenlandse Zaken, de Premier en de Koerdische autoriteiten onder de aandacht gebracht.

Uit navraag door onze ambassade blijkt echter dat er in dit geval geen sprake lijkt van inperking van het recht op vrijheid van religie of levensovertuiging. Na contact met betrokken partijen bleek dat het genoemde incident gaat om de viering van een huwelijk in de Shabak gemeenschap. Tijdens het feest werd een aantal straten van Bartella afgesloten door auto’s met feestvierders, inclusief de straat waar de St. George Kerk aan ligt. Ook zou er tijdens het feest in de lucht zijn geschoten. Er is geklaagd over de overlast door het feest en het blokkeren van de toegang tot de kerk. Na enige tijd was de weg weer vrij en kon iedereen weer toegang krijgen tot deze kerk.

Vraag 2
Hoe beoordeelt u bovendien de berichtgeving [2] over de onthulling dat er in Irak maar liefst 350 huizen en bezittingen illegaal geconfisqueerd zijn van christenen, deels nota bene door overheidsfunctionarissen, en dat milities gevluchte christenen bedreigen die terugkeren naar hun huizen?

Antwoord

Er zijn verschillende berichten over huizen die geconfisqueerd zijn nadat bewoners op de vlucht zijn geslagen. Helaas gaat het hierbij om een grote groep mensen wier huizen zijn ingenomen door anderen, waaronder ook christenen. De VN en internationale NGOs ondersteunen gedupeerden om hun documenten weer op orde te krijgen en eigendomsrechten uit te zoeken. Nederland maakt zich zorgen over deze situatie, en bespreekt dit geregeld met de Iraakse autoriteiten.

Vraag 3
Klopt het dat veel sjiitische milities door Iran gesteund worden en tevens als ‘Popular Mobilization Force’ (PMF) volgens de Iraakse wet onderdeel uitmaken van het Iraakse leger en dus onder verantwoordelijkheid en leiding van de Iraakse premier vallen?

Antwoord

Onder de Popular Mobilisation Forces (PMF) vallen zeer uiteenlopende milities. Deze milities zijn overwegend sjiitisch en een deel daarvan wordt in meer of mindere mate gesteund door Iran. Daarnaast zijn er ook Yezidi, christelijke of Turkmeense milities. In november 2016 is een wet aangenomen door het Iraakse parlement waarin de PMF tot een onafhankelijke militaire institutie binnen de Iraakse veiligheidsdiensten is benoemd die rechtstreeks rapporteert aan de Iraakse premier.

Vraag 4
Herinnert u zich de antwoorden van uw ambtsvoorganger op Kamervragen over het bericht dat christenen in Noord-Irak bedreigd worden door sjiitische milities[3], waarin deze aangaf dat het kabinet ‘de situatie nauwgezet volgt, in samenwerking met de Iraakse overheid en onze internationale partners.’?

Antwoord

Ja.

Vraag 5
Kunt u inmiddels meer zeggen over de «sjiitificatie» van de Ninivé-vlakte, door milities, gericht tegen christenen die nota bene ISIS overleefd hebben? Heeft u inmiddels wel concrete aanwijzingen van stelselmatige onderdrukking van christenen en systematische pogingen de demografie in door deze milities beheerste gebieden te veranderen?

Antwoord

Het kabinet blijft bezorgd over de situatie op de Ninivé-vlakte. Er zijn in heel Irak inmiddels 4,1 mln ontheemden teruggekeerd naar huis, waaronder 240.000 naar de Ninivé-vlakte. Er zijn nog 1,86 mln mensen die om uiteenlopende redenen niet haar huis zijn teruggekeerd, onder wie christenen en Yezidi’s afkomstig van de Ninivé-vlakte. Nederland blijft zich via stabilisatieprojecten inzetten om de terugkeer van deze groep alsnog mogelijk te maken. Noch het kabinet, noch de VN kan in dit geval berichten van systematische pogingen door milities om de demografie in deze gebieden te veranderen bevestigen.

Vraag 6
Wat bent u bereid, in het licht van de hulp die Nederland aan Irak geeft, zowel civiel als militair, te doen om duidelijk stelling te nemen en druk op Irak uit te oefenen?

Antwoord

De Nederlandse steun aan Irak richt zich op het versterken van de stabiliteit in Irak en het duurzaam verslaan van ISIS. Hierbij richt de Nederlandse hulp zich ook op de meest kwetsbare groepen. Daarnaast vraagt Nederland actief aandacht voor de positie van kwetsbare minderheden bij de Iraakse autoriteiten en de VN, zoals ook tijdens mijn recente bezoek aan Irak.

Vraag 7
Bent u bereid het vertrek te eisen van de Shabak militie uit Bartella? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

Irak staat voor een grote uitdaging nu de militaire strijd tegen ISIS voor het grootste gedeelte gestreden is en de status van de Popular Mobilisation Forces (PMF) verder verduidelijkt moet worden. Het kabinet bespreekt dit onderwerp met de Iraakse autoriteiten, waarbij ook gesproken wordt over het belang van het verbeteren van de positie van minderheden in Irak, inclusief hun veiligheid. Nederland dringt hierbij aan op inclusief bestuur en een inclusieve veiligheidssector. Ook tijdens mijn recente bezoek aan Irak heb ik dit benadrukt bij mijn gesprekspartners.

Vraag 8
Bent u bereid de Iraakse autoriteiten om opheldering te vragen en hen te verzoeken op te treden tegen mensenrechtenschendingen door de veelal sjiitische milities?

Antwoord

Het kabinet maakt zich zorgen over de positie van alle minderheden in Irak, waaronder christenen. De mensenrechtensituatie in Irak wordt actief opgebracht in contacten met de Iraakse autoriteiten, zoals onlangs tijdens mijn bezoek aan Irak.

Vraag 9
Bent u bereid dit tevens in EU-, NAVO- en VN-verband te doen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

Het kabinet brengt de positie van alle minderheden in Irak, waaronder christenen, ook onder de aandacht in multilaterale fora.

Vraag 10
Hoe beoordeelt u de analyse van Open Doors [4] over de zorgwekkende situatie van christenen in Irak? Bent u bereid in te gaan op:

• bedreigingen met kidnap en moord door fanatieke moslimgroeperingen, die een voortdurend gevaar vormen;

• ambtenaren van de overheid die dreigementen uiten om christenen ‘aan te moedigen’ te emigreren;

• het feit dat veel christenen het land al zijn ontvlucht;

• discriminatie van christenen door de overheid;

• christenen in het midden en zuiden van Irak geen geloofssymbolen meer tonen (zoals een kruis), aangezien de symbolen intimidatie en discriminatie opwekken bij universiteiten, checkpoints, de overheid en op de werkvloer;

• het verbod om te evangeliseren;

• haatprediking door islamitische geestelijk leiders, zoals de sjiitische geestelijk leider Al-Mousawi die publiekelijk verklaarde dat joden en christenen zich tot de islam moeten bekeren of gedood worden?

Antwoord

Het kabinet hecht groot belang aan de vrijheid van religie en levensovertuiging en de mogelijkheid voor ieder individu zijn of haar religie of levensovertuiging in volledige vrijheid uit te oefenen. Het recht op vrijheid van religie en levensovertuiging vormt een prioriteit binnen het buitenlandse mensenrechtenbeleid van het kabinet. De positie van religieuze minderheden en iedereen in Irak die vervolgd wordt om religieuze redenen, baart het kabinet zorgen. Het kabinet bepleit dan ook bij de Iraakse autoriteiten dat zij de vrijheid van religie en levensovertuiging respecteren en de positie van kwetsbare minderheden verbeteren.

Vraag 11
Bent u bereid onderzoek te bepleiten in VN-verband naar de onderdrukking, bedreiging en vervolging van christenen in Irak, alsmede andere kwetsbare minderheden, zoals yezidi’s? Zo nee, waarom niet? Wat bent u dan bereid te doen om dit te adresseren?

Antwoord

Het mandaat van de VN missie in Irak, UNAMI, beslaat onder andere het verbeteren van de mensenrechten situatie in Irak en het ondersteunen van het ter verantwoording brengen van mensenrechtenschenders. Daarnaast is onlangs een VN-onderzoeksteam naar de misdaden van ISIS in Irak opgericht. Nederland draagt 500.000 EUR bij aan dit onderzoeksteam, gericht op slachtofferondersteuning en getuigenbescherming. Het kabinet ziet geen reden om hiernaast nog een VN onderzoek te starten naar de vermeende onderdrukking, bedreiging en vervolging van kwetsbare minderheden in Irak. Het kabinet zal wel aandacht blijven vragen voor de positie van kwetsbare minderheden in Irak.



[3] Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017-2018, nr. 723

Indiener(s)

Stef  Blok