De vestiging van een fabriek voor bio kerosine

2018Z16513

Vragen van het lid Amhaouch (CDA) aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat over de vestiging van een fabriek voor biokerosine (ingezonden 21 september 2018)

1

Kent u het bericht “Primeur: Nederland krijgt fabriek voor schone kerosine”? 1)

2

Klopt het bericht dat er binnenkort een definitieve beslissing zal vallen inzake de vestiging van een fabriek voor kerosine? Zo ja, op welk moment wordt de Kamer daarover geïnformeerd en welke rol speelt de Kamer bij die besluitvorming?

3

Wanneer kan de Kamer een concreet plan en implementatie verwachten zoals gevraagd in de motie-Amhaouch/Paternotte? 2)

4

Heeft u kennisgenomen van het rapport van CE Delft 'Overheidsmaatregelen biokerosine' en de hierin genoemde mogelijkheden om de vraag naar biokerosine te stimuleren en de effecten hiervan op de luchtvaart en de economie? 3) Zo ja, hoe heeft u dit rapport beoordeeld en wat gaat u er concreet mee doen? Welke aanbevelingen wilt u overnemen en/of verder bestuderen uitwerken? Op welke wijze zijn de (lokale) overheden hierbij betrokken? Is er ook sprake van financiële betrokkenheid?

5

Kunt u aangeven op welke termijn de fabriek voor biokerosine feitelijk gereed zal zijn en kan functioneren? Tot hoeveel werkgelegenheid zal de fabriek leiden?

6

Kunt u aangeven op welke locatie de fabriek komt, wat daarbij de overwegingen zijn en wat de kosten van transport zijn bij een locatie die ver van Schiphol/Lelystad is gesitueerd?

1) Algemeen Dagblad, 18 september 2018 ( https://www.ad.nl/binnenland/primeur-nederland-krijgt-fabriek-voor-schone-kerosine~add4b75e/ )

2) Kamerstuk 31936, nr. 498.

3) CE Delft, juni 2017 ( https://www.ce.nl/publicaties/download/2348 )

Indiener(s)