Het bericht dat de Europese Commissie zich mengt in de opleiding Europese Studies

Vragen van lid Leijten (SP) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het bericht dat de Europese Commissie zich mengt in de opleiding Europese Studies (ingezonden 8 augustus 2018).

Vraag 1

Bent u verbaast te leren dat de Europese Commissie meer invloed lijkt uit te oefenen op het curriculum van de opleidingen Europese Studies in Nederland dan hun ondersteunende bevoegdheid toelaat?1 Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 2

Wat betekent volgens u «Europeanisering» in de context van hoger onderwijs?2 Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 3

Vindt u dat dit «Europeaniseren» een opdracht dient te zijn van Europese onderzoeksubsidies, zoals het Jean Monnet-programma?

Vraag 4

Kunt u een overzicht geven van alle projecten van het Jean Monnet-programma in Nederland over de afgelopen tien jaar in Nederland? Kunt u daarbij specificeren om wat voor activiteiten het gaat (leerstoel, studieprogramma’s, lezingen, enz) en hoeveel subsidie daarvoor van de Europese Commissie komt?

Vraag 5

Deelt u de mening dat de informatie over de financieringsstromen van de Europese onderwijsactiviteiten voor iedereen toegankelijk moeten zijn en niet alleen in een onleesbaar Excel bestand in het Engels?3 Bent u bereid te onderzoeken op welke manieren transparantie over financiële bijdragen zo goed mogelijk kan worden gegarandeerd?

Vraag 6

Is het normaal in het Nederlands hoger onderwijs dat leerstoelhouders door geldschieters verplicht worden om zich te mengen in het publiek debat, zoals het geval is bij het Jean Monnet-programma? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 7

Deelt u de mening dat in het onderwijs er geen inhoudelijke sturing mag worden gegeven als voorwaarde voor financiering? Zo nee, waarom niet?

Vraag 8

Erkent u dat het lastig is om kritisch te rapporteren over de eigen geldschieter? Zo ja, ziet u dan ook het gevaar van dit soort voorwaarden van het Jean Monnet-programma op objectief onderwijs?

Vraag 9

Deelt u de mening dat de doelstelling van «Europeaniseren» inhoudelijk sturend is en daarom een perverse prikkel geeft? Zo nee, waarom niet?

Vraag 10

Vind u het harmoniseren van de opleiding Europese Studies in de Europese Unie wenselijk? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 11

Deelt u de mening dat de competenties die studenten leren tijdens de opleiding Europese Studies en die worden vastgesteld in het «Tuning» document zouden moeten worden vastgesteld op nationaal niveau, aangezien daar de bevoegdheid ligt? Zo nee, waarom niet?4

Vraag 12

Kunt u mij uitleggen wat de Europese Commissie bedoeld met «morele ondersteuning» van de totstandkoming van dit «Tuning» document? En wat vindt u daarvan?

Vraag 13

Deelt u de mening dat de indicatie dat studenten gedurende de opleiding Europese Studies juist meer pro-Europees worden, laat zien dat er mogelijk sprake is van subjectief onderwijs?5 Zo nee, waarom niet? Bent u bereid dit verder te onderzoeken?

Vraag 14

Vindt u dat studenten van de opleiding Europese Studies ook in aanraking moeten komen met kritische geluiden over de Europese eenwording? Zo ja, vindt u dat dit voldoende wordt aangeboden?

Vraag 15

Deelt u de mening dat openbaar moet zijn wie welk onderzoek financiert in het hoger onderwijs? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe gaat u er in ieder geval voor zorgen dat de financiering vanuit de Europese Commissie openbaar wordt?

Indiener(s)