De brute werkwijze van de Libische kustwacht jegens bootvluchtelingen



Vragen van het lid Van den Hul (PvdA) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de brute werkwijze van de Libische kustwacht jegens bootvluchtelingen (ingezonden 19 juli 2018).

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel «Libiërs laten migranten aan hun lot over op Middellandse Zee»?1

Vraag 2

Kunt u bevestigen dat de Libische kustwacht inderdaad drie bootvluchtelingen aan hun lot heeft overgelaten op zee en de rubberboot heeft vernield? Zo ja, wat is uw reactie hierop? Zo nee, wat is er volgens uw informatie gebeurd?

Vraag 3

Kunt u zich voorstellen dat de betreffende drie bootvluchtelingen weigerden om aan boord te klimmen bij de Libische kustwacht? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Klopt het dat de betrokken Libische kustwacht geld ontvangt vanuit de EU om dit werk te verrichten? Zo ja, deelt u de mening dat de kustwacht niet eigenstandig de keuze had mogen maken om de bootvluchtelingen aan hun lot over te laten?

Vraag 5

Welke afspraken zijn er gemaakt met de Libische kustwacht om humaan om te gaan met bootvluchtelingen? Welke mogelijkheden heeft de EU om bij inhumaan optreden door de kustwacht in te grijpen?

Vraag 6

Herkent u het beeld dat de Libische kustwacht vaker op brute wijze omgaat met bootvluchtelingen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7

Bent u, al dan niet in Europees verband, in gesprek met de Libische kustwacht en betrokken lokale autoriteiten om bootvluchtelingen beter te beschermen? Zo ja, wat heeft dit reeds opgeleverd? Zo nee, op welke termijn gaat u dit doen?

Vraag 8

Kunt u inzichtelijk maken wat de gevolgen waren van uw eerdere oproep om Libische detentiecentra te sluiten wegens inhumane omstandigheden? Welke stappen heeft u ondernomen en hebben deze tot het gewenste effect geleid? Welke lessen trekt u daaruit om ook met de Libische kustwacht te werken aan verbeteringen?

Indiener(s)