2018Z08982
Vragen van het lid Nijboer (PvdA) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties over het bericht «Utrecht stemt in met verkoop
monumentale woningen door Stadsherstel Midden Nederland» (ingezonden
17 mei 2018).
Vraag 1
Kent u het artikel «Utrecht stemt in met verkoop monumentale woningen
door Stadsherstel Midden Nederland»?1
Vraag 2
Onder welke voorwaarden vindt de verkoop van deze monumentale
woningen plaats? Hoe zijn deze voorwaarden tot stand gekomen?
Vraag 3
In hoeverre is de verhuur van monumentale woningen een DAEB-activiteit
(Diensten van Algemeen Economisch Belang)? Volgt uit de Woningwet dat
verkoop van monumentale panden noodzakelijk is of is dit louter een lokale
afweging?
Vraag 4
Bent u het ermee eens dat er in een stad met jarenlange wachtlijsten juist
meer in plaats van minder sociale huurwoningen bij moeten komen?
Vraag 5
Wat zijn de gevolgen voor de huurders die in de verkochte panden wonen?
Hoe wordt ervoor gezorgd dat zij niet worden geconfronteerd met torenhoge
huurstijgingen, slecht onderhoud of anderszins aantasting van hun rechten?
Kunnen zij er bovendien voor kiezen op de plaats waar zij wonen te kunnen
blijven wonen of worden ze verdreven naar andere wijken?
Vraag 6
Wat betekent de verkoop voor de diversiteit in de stad Utrecht? Zorgt deze
verkoop ervoor dat in sommige wijken straks geen plaats meer is voor
mensen met een lager inkomen?
1 https://www.ad.nl/utrecht/utrecht-stemt-in-met-verkoop-monumentale-woningen-doorstadsherstel-midden-nederland~a5d42df6/