2018Z08416
Vragen van de leden Beckerman (SP), Van Tongeren (GroenLinks) en
Nijboer (PvdA) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over de
afhandeling van oude schades (ingezonden 8 mei 2018).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Vraagtekens bij succesverhaal wegwerken
oude schades door de NAM»?1
Vraag 2
Bent u het eens met de kwalificatie dat het voorspoedig afhandelen van oude
schades slechts «schone schijn» is? Zo ja waarom? Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Herkent u zich in het geschetste beeld dat gedupeerden een te laag aanbod
ontvangen?
Vraag 4
Wat vindt u van de kritiek dat het onmogelijk is een goede calculatie te
maken als er niet ter plaatse geïnspecteerd wordt?
Vraag 5
Bent u van mening dat zes weken te kort is voor gedupeerden om hun zaak
aan te melden bij de arbiter?
Vraag 6
Gaat u voor uw oordeel over hoe succesvol de afhandeling van de oude
schades enkel af op berichten van de Nederlandse Aardolie Maatschappij
(NAM) en de commissaris van de Koningin in Groningen?
Vraag 7
Klopt het dat gedupeerden uit het voormalig «buitengebied» volgens de brief
van de NAM recht hebben op de waardevermeerderingsregeling maar deze
niet bij het Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) aan kunnen
vragen? Kunt u toezeggen dat deze groep zo snel mogelijk gebruik kan maken
van deze regeling?
Vraag 8
Kunt u toezeggen ook onafhankelijk onderzoek te laten doen naar de
tevredenheid van de gedupeerden?
Vraag 9
Is er een onafhankelijk meldpunt waar gedupeerden zich met vragen en
klachten kunnen melden? Bent u indien dat niet het geval is bereid een
meldpunt op te laten richten?
Vraag 10
Kunt u een termijn stellen waarbinnen de NAM uitspraken van de arbiter
moet opvolgen?
Vraag 11
Kunt u deze vragen beantwoorden vóór het rondetafelgesprek over gaswinning
uit het Groningenveld op 17 mei 2018?
1 http://www.rtvnoord.nl/nieuws/193646/Vraagtekens-bij-succesverhaal-wegwerken-oudeschades-door-de-NAM