2018Z02200
Vragen van het lid Futselaar (SP) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap over het bericht dat de carrière van postdocs van toeval aan
elkaar hangt (ingezonden 8 februari 2018).
Vraag 1
Kent u het artikel «Carrière postdocs hangt van toeval aan elkaar»?1
Vraag 2
Deelt u de analyse van de onderzoekers dat de toegenomen internationalisering,
een terugtredende overheid, de komst van meer externe partijen
waarmee de universiteiten samenwerken, de nadruk op prestaties en het
gegeven dat er steeds meer op output gefinancierd word, indringende
gevolgen heeft voor de arbeidsvoorwaarden voor mensen die aan de
universiteit werken? Welke stappen gaat u ondernemen om de positie van
postdocs te verstevigen?
Vraag 3
Deelt u de mening dat door de tijdelijke contracten postdocs geen sterke
positie binnen de universiteit hebben, waardoor ze zich nauwelijks verbonden
voelen met de universiteit en dat dit geen gunstig effect heeft op het
arbeidsethos van de postdocs? Vindt u dat flexcontracten op universiteiten
moeten verdwijnen? Kunt u dit toelichten?
Vraag 4
Heeft u inzicht om hoeveel postdocs, die de wetenschap verlaten vanwege
hun zwakke positie of omdat ze een flexcontract hebben, het gaat?
Vraag 5
Bent u van mening dat de onzekerheid van postdocs bijdraagt aan de
werkdruk van postdocs? Kunt u dit toelichten?
Vraag 6
Welk effect verwacht u dat de zwakke positie van postdocs heeft op de
kwaliteit van wetenschap en onderwijs door postdocs?
1 https://www.scienceguide.nl/2018/02/carriere-postdocs-hangt-toeval-aan-elkaar/