Antwoord op vragen van het lid Van Brenk over de uitzending van Radar inzake een 93-jarige dame die in de schulden is gekomen door een fout van het CAK

Geachte voorzitter,

Hierbij zend ik u , mede namens de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de gebundelde antwoorden op de vragen van het Kamerlid Van Brenk (50PLUS), Hermans (VVD), Van Nispen en Hijink (beiden SP) over van de uitzending van Radar inzake een 93-jarige dame die in de schulden is gekomen door een fout van het CAK (2018Z21675, 2018Z21676, 2018Z22259).

Hoogachtend,

de minister van Volksgezondheid,

Welzijn en Sport,

Hugo de Jonge


Antwoorden op Kamervragen van het lid Van Brenk (50PLUS) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over van de uitzending van Radar inzake een 93-jarige dame die in de schulden is gekomen door een fout van het CAK (2018Z21675) (ingezonden 21 november 2018)

1

Heeft u kennisgenomen van de uitzending van Radar van 19 november 2018 over een 93-jarige dame die in de schulden is gekomen door een fout van het Centraal Administratie Kantoor (CAK)?

1

Ja.

2

Is het waar dat betrokkene, die sinds 2014 in een zorginstelling woont, in de financiële problemen is gekomen doordat het CAK het overlijden van haar man in 2003 niet administratief verwerkt heeft, waardoor betrokkene langere tijd een te lage eigen bijdrage heeft betaald en nu uiteindelijk nog een bedrag van 16.000 euro verschuldigd is?

2

Het CAK heeft zich bij aanvang van de zorg van betrokkene ten onrechte gebaseerd op verkeerde informatie. Op basis hiervan heeft het CAK een lage eigen bijdrage opgelegd. Correctie hierop heeft vervolgens geleid tot een hoge naheffing bij deze klant.

Het is heel vervelend dat er een fout is gemaakt en dat mevrouw Bastiaansen wordt verrast met een dergelijke rekening. Ook het CAK vindt dat en erkent dat er in deze individuele situatie fouten zijn gemaakt. In de bezwaarprocedure heeft het CAK aangeboden om met elkaar in gesprek te gaan om een passende oplossing te vinden. Het CAK heeft dit aanbod recent opnieuw gedaan. Ondertussen heeft het gesprek plaatsgevonden, en heeft CAK een passende oplossing aangeboden.

Naar aanleiding van deze onwenselijke situatie heb ik besloten de terugwerkende kracht van herzieningen, die ontstaan naar aanleiding van een ernstige tekortkoming of ernstige vertraging aan de kant van het CAK, te verkorten naar twaalf maanden. Daarnaast creëer ik meer ruimte voor het CAK om in zeer specifieke gevallen maatwerk te leveren in een individueel gesprek. In dit geval heeft het CAK aan de cliënt het aanbod gedaan om de factuur die met terugwerkende kracht over 24 maanden was opgelegd, kwijt te schelden.

3

Hoe vaak komen deze, en dergelijke gevallen van onbedoeld betalen van een te lage eigen bijdrage voor? Wordt in deze gevallen door het CAK als regel overgegaan tot invordering van het te weinig betaalde, ook als cliënten volledig te goeder trouw zijn geweest en buiten hun schuld te weinig is betaald?


3

Ondertussen is uit uitgevoerde gegevensanalyse door het CAK gebleken dat er vijf vergelijkbare gevallen bij het CAK bekend zijn. In het Besluit langdurige zorg is de herzieningstermijn, in het geval dat het CAK niet tijdig de herziening doet, op 24 maanden begrensd. De cliënt krijgt hierdoor geen volledige naheffing van 36 maanden. De Centrale Raad van Beroep heeft eerder ten aanzien van kwijtschelden bepaald dat indien de eigen bijdrage gebaseerd is op een dwingende bepaling, dit met zich meebrengt dat het CAK geen bevoegdheid heeft om tot kwijtschelding over te gaan. [1] Aan de andere kant heeft het CAK een belangenafweging te maken bij de invorderingsbeslissing. [2] Daarbij zijn bijzondere omstandigheden en de financiële situatie van mensen van belang.

Daarom heb ik besloten de terugwerkende kracht van herzieningen, die ontstaan naar aanleiding van een ernstige tekortkoming of ernstige vertraging aan de kant van het CAK zijnde, te verkorten naar twaalf maanden. Daarnaast ga ik meer ruimte voor het CAK creëren om in zeer specifieke gevallen maatwerk te leveren.

4

Is het CAK voor informatie over de samenstelling van het huishouden van cliënten en wijzigingen daarin (uitsluitend) afhankelijk van informatie verstrekt door cliënten, of heeft het CAK standaard toegang tot geautomatiseerde gegevensuitwisseling, bijvoorbeeld via de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (GBA) en/of de Belastingdienst?

4

Het CAK heeft standaard toegang tot geautomatiseerde gegevensuitwisseling met de Belastingdienst, en het UWV. Ten aanzien van personalia put het CAK de informatie uit een extern systeem dat het basis registratie personen (BRP) (gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens) met het CAK verbindt.

5

Worden deze gegevens proactief standaard of periodiek door het CAK geraadpleegd om de juistheid van door cliënten betaalde eigen bijdragen te controleren? Zo nee, vindt u dat dit zou moeten gebeuren?

5

Naar aanleiding van de eerste melding aanvang zorg worden de gegevens geautomatiseerd geraadpleegd. Eventuele mutaties in de gegevens ontvangt het CAK automatisch. In het geval van deze casus, zit de fout in de externe databron. Daarom werkt het CAK samen met de leverancier aan een geautomatiseerde check op de juistheid van de persoonsgegevens door middel van een eindsynchronisatie. Tot die tijd wordt het BRP (GBA) handmatig vergeleken met de gegevens zoals CAK deze geregistreerd heeft.

6

Bent u het ermee eens dat de bewering van het CAK, dat mevrouw ‘zelf had kunnen weten’ dat het bedrag van de eigen bijdrage niet klopte, weliswaar formeel mogelijk juist is, maar van weinig begrip getuigt voor de hoge leeftijd en mogelijk beperktere zelfredzaamheid van betrokkene en dat enige coulance op zijn plaats zou zijn?

6

Bij de startbrief eigen bijdrage vraagt het CAK aan elke nieuwe klant om de samenstelling van het huishouden, een van de uitgangspunten voor het bepalen van de soort eigen bijdrage, te controleren.

Als de samenstelling niet klopt, vraagt het CAK contact met hen op te nemen. Hoe dan ook moeten we van deze kwestie willen leren. Daarom heb ik samen met het CAK bekeken hoe in dit soort gevallen, waarbij een cliënt zo erg nadeel ondervindt door een fout aan de kant van het CAK, optimaal gehandeld kan worden.

7

In hoeverre wordt bij het navorderen van een eigen bijdrage rekening gehouden met het inkomen en de betaalcapaciteit van de cliënt? Wordt indien nodig een betalingsregeling getroffen, afgestemd op de betaalcapaciteit van de cliënt?

7

De eigen bijdrage in de langdurige zorg zijn inkomensafhankelijk, wat per definitie inhoudt dat er rekening gehouden wordt met de draagkracht van de cliënt. Maar bij een grote naheffing met een factuur van boven € 5.000,-- en meer dan twee maanden aan eigen bijdragen op deze factuur, wordt er met de verzekerde gebeld om de mogelijkheden van een eventuele betalingsregeling te bespreken. De betalingsregeling wordt afgestemd op de draagkracht van de cliënt.

8

Deelt u de mening dat het CAK de schuld zou moeten kwijtschelden? Kunt u uw antwoord toelichten?

8

Als minister ga ik in eerste instantie over het beleid en minder over individuele zaken. CAK is een zelfstandig bestuursorgaan. Ik vind dit soort zaken erg vervelend en werk er met het CAK hard aan om dergelijke fouten te voorkomen. In een dergelijk geval is het belangrijk dat het CAK en de (vertegenwoordiger van) de cliënt elkaar in een gesprek weten te vinden. Daarnaast is het CAK niet zonder meer bevoegd een eigen bijdrage kwijt te schelden. Alleen in zeer specifieke gevallen, waarin de cliënt geen middelen heeft om de eigen betaling te voldoen, kan het CAK het innen van de eigen bijdrage stopzetten.

Omdat ik de situatie waar betrokkene zich in bevind zeer vervelend vind, heb ik besloten de terugwerkende kracht van herzieningen, welke ontstaan naar aanleiding van een ernstige tekortkoming of ernstige vertraging aan de kant van het CAK zijnde, te verkorten naar twaalf maanden. Daarnaast creëer ik meer ruimte voor het CAK om in zeer specifieke gevallen maatwerk te leveren. In de genoemde casus resulteert dit erin dat de factuur die met terugwerkende kracht over 24 maanden was opgelegd, wordt kwijtgescholden.

9

Deelt u de mening dat in vergelijkbare situaties een schuld niet met terugwerkende kracht zou moeten worden opgelegd? Kunt u uw antwoord toelichten?


9

Ja. Daarom heb ik besloten de terugwerkende kracht van herzieningen, die ontstaan naar aanleiding van een ernstige tekortkoming of ernstige vertraging aan de kant van het CAK, te verkorten naar twaalf maanden. Daarnaast ga ik meer ruimte voor het CAK creëren om in zeer specifieke gevallen maatwerk te leveren. In de genoemde casus resulteert dit erin dat de factuur die met terugwerkende kracht over 24 maanden was opgelegd, wordt kwijtgescholden.

Deze twee maatregelen vereisen een Algemene Maatregel van Bestuur. Het kost enige tijd voordat die in werking treden. Daarom stuur ik het CAK een brief met het verzoek alvast zodanig te handelen vooruitlopend op toekomstige regelgeving.



[1] ECLI:NL:CRVB:2015:188 en ECLI:NL:CRVB:2014:3671. Zie ook:ECLI:NL:RBMNE:2015:3074.

[2] ECLI:NL:CRVB:2008:BE8703.

Indiener(s)