Antwoord op vragen van de leden Van der Linde en Ronnes over het bericht ‘Rabobank en ABN AMRO missen derivatendeadline’

Geachte voorzitter

Bijgaand treft u de antwoorden aan op vragen van de leden Van der Linde (VVD) en Ronnes (CDA) met kenmerk 2018Z19560 over het bericht Rabobank en ABN AMRO missen derivatendeadline die zijn ingezonden op 31 oktober 2018.

Hoogachtend,

de minister van Financiën,

W.B. Hoekstra


Vraag 1:

Bent u bekend met het bericht ‘Rabobank en ABN AMRO missen derivatendeadline’ uit het Financieele Dagblad van 26 oktober 2018? 1)

Antwoord vraag 1:

Ja.

Vraag 2:

Wat is uw reactie op het feit dat deze twee banken nu weer een belangrijke deadline missen? Waarom hebben deze banken hun eerder opgelopen achterstand niet in kunnen halen? Deelt u de mening dat deze kwestie zo snel mogelijk achter de rug moet zijn, zowel om ondernemers de duidelijkheid en de rust te geven die hun toekomt, als om deze smet op de financiële sector weg te nemen?

Antwoord vraag 2:

Zoals in de derde voortgangsrapportage van de AFM (die in juli met de Kamer is gedeeld) is gemeld, was de verwachting dat twee banken er niet in zouden slagen dit jaar nog alle MKB-klanten een aanbodbrief te sturen. Bij deze twee banken waren additionele maatregelen nodig om de eerder gestelde deadline te halen.

De procesoptimalisaties die de AFM met de banken met de meeste klantdossiers inmiddels is overeengekomen hebben geleid tot een aanzienlijke versnelling, maar de volledige achterstand is niet ingelopen. Dit wordt veroorzaakt doordat bij een deel van de dossiers van de banken met een gedeeltelijk geautomatiseerd controleproces meer maatwerk nodig is. Ik verwacht dat de doorgevoerde procesoptimalisaties ook in het laatste kwartaal sterk bijdragen aan het aantal aanbodbrieven dat wordt verstuurd. Tegelijkertijd zijn de banken er nog niet. De AFM geeft aan ook de komende tijd met de betrokken banken en externe dossierbeoordelaars procesoptimalisaties verder te zullen onderzoeken en de banken nauwlettend te blijven monitoren. Ik ben het met u eens dat de MKB-ondernemers zo snel mogelijk duidelijkheid moeten krijgen over hun compensatiebedrag. Om die reden zal ik, samen met de AFM, goed blijven monitoren dat banken al het mogelijke blijven doen om deze duidelijkheid zo snel mogelijk te geven.

Vraag 3:

Hebt u gesproken met vertegenwoordigers van deze twee banken om uit te vinden wat de oorzaken van het opnieuw missen van de deadline waren? Zo ja, wat was de uitkomst van dit gesprek? Zo nee, bent u bereid dit te doen? Wilt u hierbij ook de onvrede van de Kamer over het verloop van dit traject meenemen?

Antwoord vraag 3:

Begin november is er vanuit het ministerie opnieuw contact opgenomen met de twee banken om de voortgang te bespreken. In deze gesprekken is opnieuw het belang van tijdige afronding benadrukt en is ook de onvrede over het verloop van het traject overgebracht.

Vraag 4:

Hoeveel ondernemers wachten in totaal nu nog op duidelijkheid en een definitief voorstel?

Antwoord vraag 4:

De AFM geeft in haar meest recente rapportage (peildatum 1 oktober) aan dat van de 18.926 MKB-klanten die onder het herstelkader vallen, in totaal 7.946 klanten een aanbodbrief hebben gehad. Dit betekent dat 10.980 MKB’ers nog geen definitief aanbod hebben ontvangen van hun bank. De meesten hebben inmiddels wel een voorschot aangeboden gekregen; voor zover het de kwetsbare klanten betreft is er een voorschot aangeboden ter hoogte van 100% van het verwachte compensatiebedrag.

Vraag 5:

Hoe lang hebben deze ondernemers nu moeten wachten? Wat is de gemiddelde compensatie die ondernemers gekregen hebben?

Vraag 6:

Hoe lang heeft een gemiddelde ondernemer in dit proces moeten wachten van het begin tot het einde van dit proces?

Antwoord vragen 5 en 6:

Duidelijk is dat de MKB’er te lang hebben moeten wachten op hun compensatie. Per peildatum 1 oktober 2018 is in totaal 792 miljoen euro uitgekeerd aan 15.683 MKB-klanten in de vorm van een compensatiebedrag of voorschot. Een groot aantal MKB’ers zal naar verwachting aan het einde van dit jaar zijn compensatieaanbod of volledige voorschot hebben ontvangen.

Over het gemiddelde compensatiebedrag per klant is op dit moment nog niet veel te zeggen omdat een groot aantal klanten nog op een definitief aanbod wacht, maar vaak al wel een (gedeeltelijk) voorschot heeft ontvangen. Als alle klanten hun definitief aanbod hebben ontvangen, kan een betrouwbare inschatting gegeven worden van het gemiddelde compensatiebedrag.

Vraag 7:

Hoe realistisch is het nu gestelde tijdspad van de verschillende banken, gelet op het feit dat volgens het artikel bij de Rabobank slechts 29% van de ondernemers een aanbod heeft gekregen?

Antwoord vraag 7:

Ik heb er, samen met de AFM, vertrouwen in dat banken alles op alles zetten op de gestelde deadlines te halen. Het is goed om te zien dat de procesoptimalisaties die de afgelopen maanden zijn doorgevoerd tot een versnelling hebben geleid bij de twee banken met de meeste klantdossiers, waardoor zij nu beter in staat zijn om op structurele wijze de geplande aantallen aanbodbrieven te versturen.

Vraag 8:

In hoeverre kan de Autoriteit Financiële Markten (AFM) de inzet van externe dossierbehandelaars beperken zonder dat dit leidt tot kwaliteitsverlies?

Antwoord vraag 8

Het klopt dat er een balans moet worden gevonden tussen de gewenst snelheid waarmee de klantdossiers worden afgewikkeld, en de zorgvuldigheid over het compensatiebedrag waardoor er geen twijfel bestaat over de juistheid van de aangeboden compensatie. De optimalisaties die de AFM heeft goedgekeurd zien vooral op een efficiëntere inrichting van het controleproces. Dit is mogelijk doordat het uitvoerings- en interne beoordelingsproces van de bank op dusdanig niveau is gebracht door dat er voldoende kwaliteitswaarborgen zijn. De optimalisaties waarbij twijfel bestond over de noodzakelijke waarborgen, zijn niet door de AFM goedgekeurd. Overigens lopen er nog gesprekken of verdere optimalisaties mogelijk zijn.

Vraag 9:

Kunt u ingaan op de nieuwe werkwijze van de Rabobank, waarbij ondernemers wier definitieve berekening voor het einde van het jaar nog niet bekend is alvast een volledig voorschot krijgen en in geen geval daarvan terug hoeven te betalen? Zijn ondernemers en ondernemers­organisaties tevreden over dit voorstel? Kan deze werkwijze als ‘best practice’ worden overgenomen door de andere banken?

Antwoord vraag 9:

Omdat het bij Rabobank gaat het om een aanzienlijk aantal klanten dat dit jaar geen aanbod krijgt, en de verwachte uitloop in 2019, heeft deze bank besloten om voorschotten te verstrekken (op basis van de volledige compensatie waar een MKB-klant onder het UHK recht op heeft).

ABN AMRO heeft aangegeven dat zij een uitloop naar 2019 verwacht met het sturen van aanbodbrieven, maar wel het 1e kwartaal 2019 verwacht af te ronden. In totaal heeft ABN AMRO inmiddels 224,6 miljoen euro aan voorschotten uitgekeerd aan kwetsbare en reguliere klanten. ABN AMRO heeft vooralsnog besloten om nu geen aanvullende voorschotten te verstrekken, aangezien dat het proces en het tempo van het sturen van aanbodbrieven zou verstoren en vertragen.

1) FD, 26 oktober 2018

Indiener(s)