Antwoord op vragen van de leden Koerhuis en Beckerman over de brandveiligheid van gebouwen

Hierbij bied ik u de antwoorden aan op de schriftelijke vragen die zijn gesteld door de leden Koerhuis (VVD) en Beckerman (SP) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de brandveiligheid van gebouwen. (kenmerk 2018Z18906, ingezonden 19 oktober 2018).

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,




drs. K.H. Ollongren


2018Z18906

Vragen van de leden Koerhuis (VVD) en Beckerman (SP) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de brandveiligheid van gebouwen. (ingezonden 19 oktober 2018)

1

Kent u het bericht ‘Nijmegen wil minder streng zijn met regels rond veiligheid van panden’? 1)

Antwoord 1

Ja.

2

Is er meer informatie bekend over de schaal van het gebruik van brandgevaarlijke gevelplaten in Nederland? Is er al meer duidelijkheid over de inventarisatie en de wijze van onderzoek? Wanneer verwacht u de resultaten naar de Kamer te kunnen sturen?

Antwoord 2

Op 26 september 2018 (Vergaderjaar 2018–2019 Aanhangsel van de Handelingen, nr. 84) heb ik uw Kamer geïnformeerd over mijn besluit om vooruitlopend op de resultaten van het Engelse onderzoek naar de brand bij Grenfell Tower alle gemeenten te vragen een inventarisatie uit te voeren van de meest risicovolle gebouwen en daarbij te laten toetsen of de brandveiligheid van de gevels voldoet aan het Bouwbesluit. Ik ben nog in overleg met de Vereniging Bouw- & Woningtoezicht Nederland (VBWTN) en de Brandweer over deze inventarisatie en de wijze van onderzoek. Ik verwacht uw Kamer hierover eind november aanstaande verder te kunnen informeren.

3

Deelt u de mening dat het niet moet kunnen dat Nijmegen eerst in opspraak raakt in Zembla en Nieuwsuur vanwege een slechte brandveiligheid van gebouwen, en daarna oproept om soepeler met regels om te gaan? 2)

Antwoord 3

Op 26 september 2018 (Vergaderjaar 2018–2019 Aanhangsel van de Handelingen, nr. 84) heb ik eerdere Kamervragen beantwoord over de gemeente Nijmegen. Ik heb toen geantwoord dat gemeenten beleidsvrijheid hebben bij de uitvoering van het toezicht op de bouwvoorschriften. Over de uitvoering hiervan leggen burgemeester en wethouders verantwoording af aan de gemeenteraad. De wijze waarop de gemeente Nijmegen invulling geeft aan het toezicht op brandveiligheid van gebouwen is daarmee een gemeentelijke aangelegenheid. Hoewel het dus niet aan mij is om hierover een mening te hebben, heb ik in het kader van wederhoor navraag gedaan bij de gemeente. De berichtgeving heeft volgens de gemeente betrekking op de publicatie van het nieuwe beleidsdocument voor toezicht en handhaving. Het Plan van Aanpak Fysieke Veiligheid 2016-2018 is in Nijmegen vervangen door het De weerbare stad – veiligheidsplan 2018-2022. Het nieuwe beleidsdocument is gebaseerd op dezelfde uitgangspunten als het oude document. Er is geen sprake van dat de gemeente soepeler wil omgaan met regels.

4

Wat voor mogelijkheden heeft u om in gemeenten in te grijpen, om te zorgen dat landelijke wet- en regelgeving gewoon wordt nageleefd, gebouwen gewoon veilig zijn, en bewoners niet in onzekerheid hoeven te zitten?

Antwoord 4

Ik heb geen mogelijkheden om in te grijpen. Het interbestuurlijke toezicht op gemeenten ligt bij de provincies.

5

Wat vindt u er van dat de burgemeester regels over de veiligheid van gebouwen aan zijn laars wil lappen? Bent u bereid desnoods in de gemeente Nijmegen in te grijpen, om te zorgen dat gebouwen gewoon veilig zijn, en Nijmegenaren niet in onzekerheid hoeven te zitten?

Antwoord 4

Ik verwijs hierbij naar mijn antwoorden op vraag 3 en 4.


1) https://www.gelderlander.nl/nijmegen/nijmegen-wil-minder-streng-zijn-met-regels-rond-veiligheid-van-panden~aecfe375/
2) https://zembla.bnnvara.nl/nieuws/brandgevaar en https://nos.nl/nieuwsuur/artikel/2249131-hoeveel-brandbare-gevels-zijn-er-niemand-die-het-weet.html

Indiener(s)