Antwoord op vragen van de leden Middendorp en Den Boer over de Verordening mechanisme om juridische en administratieve belemmeringen in een grensoverschrijdende context uit de weg te ruimen

Hierbij bied ik u de antwoorden aan op de schriftelijke vragen die zijn gesteld door de leden Middendorp (VVD) en Den Boer (D66) over de positie van andere lidstaten betreffende het voorstel van de Europese Commissie om te komen tot een Europese Verordening voor een grensmechanisme om juridische en administratieve belemmeringen uit de weg te ruimen. Deze vragen werden ingezonden op 11 oktober 2018, met kenmerk 2018Z18166.

De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,





drs. R.W. Knops


2018Z18166

Vragen van de leden Middendorp (VVD) en Den Boer (D66) aan de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de Verordening mechanisme om juridische en administratieve belemmeringen in een grensoverschrijdende context uit de weg te ruimen (ingezonden 11 oktober 2018)

1

Wat is de stand van zaken met betrekking tot de Verordening mechanisme om juridische en administratieve belemmeringen in een grensoverschrijdende context uit de weg te ruimen? 1) Is hier in formele en informele zin over onderhandeld? Zo ja, wat is de uitkomst?

2

Is het standpunt van andere lidstaten van de Europese Unie (EU) met betrekking tot deze verordening bekend? 1) Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u de Kamer hierover informeren? Wat zijn de belangrijkste punten voor Nederland? Op welke onderdelen verwacht u dat andere EU-lidstaten een andere inzet zullen hebben? Wat is die inzet?

3

Wanneer zijn de volgende bijeenkomsten en beslismomenten in de onderhandelingen over deze verordening? 1)

Antwoord op 1, 2 en 3:

De Europese Commissie heeft een voorstel voor een verordening gedaan en de lidstaten zijn nu aan zet hun standpunt daarover te bepalen. De Nederlandse regering heeft haar inzet uiteengezet in een BNC-fiche dat op 24 september aan de Kamer is toegezonden (Kamerstuk 22 112, nr. 2694).

Het Oostenrijkse voorzitterschap heeft aangegeven deze verordening dit jaar niet meer te zullen agenderen. Om die reden is het beeld over de positie van de lidstaten nog niet uitgekristalliseerd.

4

Kunt u de Kamer periodiek informeren, en in ieder geval voor en na de Europese besprekingen in de Raad en het Europees Parlement, over de ontwikkelingen met betrekking tot deze verordening?

Antwoord:

Ik zal de Kamer via de gebruikelijke informatievoorziening periodiek informeren over de ontwikkelingen met betrekking tot dit voorstel, en wel in het kader van de kwartaalrapportages van de lopende EU-wetgevingsdossiers op het terrein van BZK. Een en ander gebeurt conform de toezegging van de minister van Buitenlandse Zaken aan de Kamer, gedaan in zijn brief van 18 juli 2018 (Kamerstuk 22 112, nr. 2661).

1 ) EU fiche 22112, nr. 2694 d.d. 24 september 2018

Indiener(s)