Antwoorden op de schriftelijke vragen van de leden Van der Molen, Ronnes en Van Dam (allen CDA)
Kenmerk 2018Z14183
Ingezonden 17 juli 2018
1
Bent u op de hoogte van de conclusie van de Waarderingskamer dat in 2018 meer dan 32% van de bezwaren tegen WOZ-beschikkingen worden ingediend door bedrijven die namens belanghebbenden optreden? 1) Wat is uw mening over deze groei (in 2017 betrof dit ongeveer 30%)?
2
Bent u voornemens gehoor te geven aan de oproep van de Waarderingskamer om, samen met gemeenten en anderen, een onafhankelijk onderzoek in te stellen naar de stevige groei van de commerciële bezwaarmakers en de misstanden die de Waarderingskamer aantreft? Zo nee, waarom niet? Bent u bereid in dit onderzoek de vraag naar de bedragen die gemeenten betalen aan proceskostenvergoedingen en de administratieve kosten te betrekken? Bent u bereid (macro) inzichtelijk te maken wat het financiële voordeel is voor de belanghebbende bij een toegewezen bezwaar in relatie tot de vergoeding die het commerciële bedrijf direct of indirect ontvangt?
3
Welke mogelijkheden ziet u nu al om op te treden tegen de door de
Waarderingskamer geconstateerde misstand dat belanghebbenden een
doorlopende machtiging wordt voorgelegd op basis waarvan ze 'no-cure,
no-pay' bedrijven? Is er naar uw mening op dit moment sprake van
voldoende consumentenbescherming bij dit type dienstverlening?
5
Is de conclusie gerechtvaardigd, gezien de gestage groei van het aantal 'commerciële' WOZ-bezwaren, dat de voorlichtingsactiviteiten die gemeenten uitvoeren op dit vlak geen of onvoldoende effect hebben en dat om die reden nadere actie vereist is? Beschikt u over gegevens over de mate waarin 'commerciële' bezwaren effectiever zijn dan bezwaren van belanghebbenden in persoon en kunt u die met de Kamer delen?
1, 2, 3, 5
Ja, ik ben op de hoogte van de conclusie van de Waarderingskamer. De toename van het aantal bezwaren tegen WOZ-beschikkingen ingediend door bedrijven die namens belanghebbenden optreden, is mij bekend. Net als de Waarderingskamer ben ik voorstander van een laagdrempelige toegang tot bezwaar, waarbij de belanghebbende kan kiezen of hij zelf bezwaar maakt of dit door een gemachtigde laat doen.
De Waarderingskamer heeft aangegeven dat bij bezwaren die zijn ingediend
door gemachtigden die werken op basis van ‘no-cure-no- pay’, ongewenste
praktijken voorkomen. Deze signalen bereiken mijn ambtgenoten van Financiën
en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ook in toenemende mate
omdat de problematiek ook raakt aan andere beleidsterreinen, zoals de
parkeerbelastingen en de belasting van personenauto’s en motorrijwielen
(BPM) ingeval van import van gebruikte auto’s. Zowel bij het niet betalen
van parkeerbelasting als de import van gebruikte auto’s blijkt een groep
ondernemers namens kentekenhouders massaal bezwaar en beroep in te dienen
tegen de naheffingsaanslag parkeerbelasting dan wel de (eigen)
BPM-aangifte, zelfs in die gevallen waarbij het te behalen
belastingvoordeel klein is. Net zoals bij de WOZ is er ook in dit geval een
verdienmodel ontstaan. In de brief van de staatssecretaris van Financiën
d.d. 5 juli 2018 is de problematiek ten aanzien van de BPM aan de orde
gekomen.
Mijn ambtgenoten en ik zullen de ontwikkeling van de aantallen bezwaren
door no cure no pay bedrijven en de in verband daarmee toegekende
kostenvergoedingen laten onderzoeken. Op basis van de uitkomsten van dit
onderzoek zal worden bezien welke oplossingen voor de problematiek in de
rede liggen.
4
Hoe oordeelt u over de gesignaleerde praktijken dat ‘no-cure, no-pay’
bureaus verenigingen sponsoren op basis van het aantal leden dat via
hen een bezwaar indient? Welke middelen heeft u om verenigingen te
waarschuwen voor dergelijke mogelijk nadelige praktijken en bent u
bereid deze in te zetten?
Hierbij benaderen bureaus belanghebbenden en adviseren zij ze om bezwaar te
maken tegen de WOZ-beschikking van hun woning. Daarbij wordt belanghebbende
de mogelijkheid gegeven om een vereniging op te geven waaraan het bureau
bij een gewonnen zaak een deel van de proceskosten zal betalen. Het kan
goed zijn dat de vereniging in kwestie op voorhand niet op de hoogte is van
de afspraak tussen bureau en belanghebbende. Verenigingen hoeven dit ook
niet te weten. Het staat partijen namelijk vrij om afspraken te maken over
de voorwaarden waaronder de belanghebbende de opdracht aan het bureau
verstrekt. Daarom staan mij geen middelen ter beschikking om hierin te
treden.
6
Welk beeld heeft u van de zorgvuldigheid waarmee gemeenten komen tot
WOZ-beschikkingen? Is de doelstelling dat alle Nederlandse gemeenten
aangesloten zijn bij de Landelijke voorziening WOZ inmiddels
gerealiseerd?
De Waarderingskamer is toezichthouder en controleert in die hoedanigheid
periodiek de kwaliteit van de WOZ-waardering door gemeenten. Voordat
gemeenten de WOZ-waarden (per WOZ-beschikking) aan belanghebbenden bekend
maken, moeten zij de Waarderingskamer vragen hiermee in te stemmen. Voordat
de Waarderingskamer instemt beoordeelt zij de resultaten uit verschillende
controles die recent bij de gemeente zijn uitgevoerd. Daarnaast worden de
conclusies uit de eigen kwaliteitscontroles door gemeenten beoordeeld
(bijvoorbeeld op basis van een analyse van kengetallen). Afhankelijk van de
grootte van de gemeente, de resultaten uit eerdere controles en op basis
van een willekeurige steekproef voert de Waarderingskamer bij een aantal
gemeenten in de vorm van een inspectie een meer intensieve beoordeling van
de kwaliteit van de taxaties uit.
In de periode december 2017 tot maart 2018 voerde de Waarderingskamer 119
onderzoeken naar de kwaliteit van de taxaties in 100 gemeenten uit. Het
totaal aantal WOZ-objecten binnen deze gemeenten bedraagt ongeveer 3,5
miljoen. Nederland telt in totaal ongeveer 8,9 miljoen WOZ-objecten. Bij 7
gemeenten hebben tekortkomingen ertoe geleid dat WOZ-beschikkingen pas na
het verstrijken van de wettelijke termijn van 8 weken zijn beschikt.
Het algemene beeld hieruit is aldus dat de waardering op een juiste wijze
plaatsvindt. Gemeenten die kwalitatief onvoldoende scoren worden hier door
de Waarderingskamer op gewezen en kunnen in het uiterste geval zelfs worden
gesanctioneerd door een tijdelijk verbod tot het opleggen van
WOZ-beschikkingen. Desalniettemin was in deze gevallen de kwaliteit op orde
op het moment dat de WOZ-beschikkingen werden beschikt.
Onlangs is de laatste gemeente aangesloten op de Landelijke Voorziening
WOZ. Hierdoor zijn sinds kort alle WOZ-waarden van woningen vrij
toegankelijk voor iedereen in het WOZ-waardeloket, waardoor de beoordeling
van de WOZ-waarde van een woning door belanghebbenden mogelijk wordt door
vergelijking met andere woningen. Hiermee wordt een volgende stap gezet in
de kwaliteit van de WOZ-waardering van woningen.
7
Welke mogelijkheid biedt de invoering van de Omgevingswet om een loket
in te richten waar inwoners de gegevens van hun onroerende zaak kunnen
inzien en corrigeren? Welke ervaringen zijn op dit vlak opgedaan in
individuele gemeenten? Op welke wijze kunt u deze ervaring onder de
aandacht brengen van andere gemeenten?
De invoering van een OZB-loket zit niet in de scope van de Omgevingswet en
het hierbij behorend Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Naar aanleiding
van het BIT-advies[1] over
het DSO is dit voorjaar in een bestuurlijk overleg met het Rijk, de VNG,
het IPO en de UvW een nieuw basisniveau vastgesteld voor het DSO
dat gereed moet zijn bij de inwerkingtreding van de wet. Afgesproken is om
de voorziene inhoudelijke vulling van het DSO-LV (DSO Landelijke
Voorziening) te faseren en zo de complexiteit in de keten te reduceren.
Binnen deze stapsgewijze ontwikkeling worden –vanuit dit basisniveau –
alleen koppelingen voorzien met de basisregistratie Grootschalige
Topografie (BGT) en eventueel de Basisregistratie Adressen en Gebouwen
(BAG). Het is mogelijk dat in een latere fase van het digitaal stelsel
(vanaf 2021) koppelingen worden gelegd met andere basisregistraties, zoals
de basisregistratie WOZ.
Via het WOZ-waardeloket (https://www.wozwaardeloket.nl/) kan een inwoner reeds gegevens over een woning bekijken (de (ontwikkeling) van de WOZ-waarde en enkele andere kenmerken). Alle gemeenten zijn hier sinds kort op aangesloten. Inwoners kunnen in het geval van foutieve gegevens contact opnemen met de gemeente om deze te laten corrigeren.
1) https://www.binnenlandsbestuur.nl/financien/nieuws/opmars-no-cure-no-pay-bureaus-bij-woz-bezwaren.9591744.lynkx