Antwoorden op Kamervragen van het Kamerlid Bergkamp (D66) over het bericht dat zorgaanbieders mogelijk niet de wachttijden van casemanagement dementie willen registreren (2018Z15298).
Vraag 1
Bent u bekend met de brief van Branchebelang Thuiszorg Nederland (BTN) en Actiz van 2 juli 2018? 1)
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoeveel mensen maken in Nederland gebruik van casemanagement dementie? Hoeveel casemanagers dementie zijn er in Nederland?
Antwoord 2
In de rapportage »Onderzoek naar het huidig gebruik, wachtlijsten en wachttijden casemanagement dementie« [1] van 28 augustus jl. constateert onderzoeksbureau HHM na extrapolatie dat 62.000 mensen gebruik maken van casemanagement dementie. In totaal leveren – op basis van de aangeleverde gegevens – 2.359 zorgprofessionals (1.129,53 fte.) casemanagement dementie. Hiervan leveren 1.539 zorgprofessionals casemanagement dementie als onderdeel van hun werk als wijkverpleegkundige en zijn 847 medewerkers volledig werkzaam als casemanager dementie.
Vraag 3
Deelt u de mening dat het van belang is dat casemanagement dementie tijdens het gehele ziekteproces beschikbaar moet zijn voor een groep ouderen, zowel thuis als in een instelling?
Antwoord 3
Ik ben het met u eens dat casemanagement dementie - als dit nodig is
gedurende het hele ziekteproces - voor iemand met dementie beschikbaar moet
zijn. Dit geldt vanaf de start van de diagnostische fase tot opname in een
verpleeghuis of overlijden. Zodra iemand wordt opgenomen in een
verpleeghuis maakt hij of zij aanspraak op cliëntondersteuning vanuit de
Wlz.
Vraag 4
Deelt u de mening dat indien (de mantelzorger van) iemand 'gemakkelijk en zonder lange wachtlijsten' gebruik moet kunnen maken van casemanagement dementie, zoals u per brief aan de Kamer schreef, het van belang is dat deze wachttijden bekend zijn? 2)
Antwoord 4
Ik deel deze mening. Om de wachttijden in het hele land volledig terug te
dringen, is het van belang dat er structureel zicht is op de stand van de
wachtlijsten en -tijden op regioniveau. Dit is niet alleen belangrijk voor
de cliënt en zijn zorgsysteem, maar ook voor zorgverzekeraars om te zien of
aan de zorgplicht wordt voldaan. Op basis van de verzamelde gegevens zal de
NZa zijn wachtlijstaanpak voortzetten.
Vraag 5
Zijn de afspraken en acties die meegestuurd zijn met de voornoemde brief, tussen alle voormalige Actieplan Casemanagement-partijen gesloten, zoals Actiz en BTN?
Antwoord 5
Ja, de actielijst is afgestemd met alle voormalige actieplanpartijen [2].
Vraag 6
Deelt u de mening dat de door de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) in juni gepubliceerde Regeling transparantie zorgaanbieders casemanagement dementie, die per 1 december 2018 ingaat, bijdraagt aan een eenduidige voorziening van informatie aan patiënten over de wachttijden voor casemanagement dementie? Deelt u voorts mening dat een goede informatievoorziening bijdraagt aan goede zorg voor patiënten? 3)
Antwoord 6
De wachttijdgegevens die vanaf december 2018 voortkomen uit de »Regeling
transparantie zorgaanbieders casemanagement dementie« worden op regioniveau
gepubliceerd. Ik deel uw mening dat deze gegevens bijdragen aan een
eenduidige voorziening van informatie over wachttijden voor casemanagement
dementie. De patiënt kan namelijk aan de wachttijden zien hoe de stand van
zaken in zijn regio is. Eenduidige informatievoorziening draagt daarmee in
zijn algemeenheid bij aan goede zorg.
Vraag 7
Vindt u daarnaast dat deze regeling van de NZa, door de in artikel 6 opgenomen informatieplicht over de mogelijkheid tot wachtlijstbemiddeling, ook bijdraagt aan goede en tijdige zorg voor patiënten?
Antwoord 7
Ja. De informatieplicht over de mogelijkheid tot wachtlijstbemiddeling
draagt er als essentieel onderdeel van de wachtlijstaanpak aan bij dat
patiënten tijdig gebruik kunnen maken van casemanagement dementie.
Vraag 8
Kunt u bevestigen dat deze regeling, ondanks de bezwaren van enkele partijen, per 1 december 2018 in gaat?
Antwoord 8
Ja. Tijdens het bestuurlijk overleg van 12 juli jl. heb ik de in brief van
ActiZ en BTN genoemde bezwaren met de partijen besproken. De »Regeling
transparantie zorgaanbieders casemanagement dementie« is zorgvuldig
vastgesteld na een uitgebreid traject met alle veldpartijen, waaronder ook
ActiZ en BTN. De regeling moet daarom niet alleen worden geplaatst in de
context van administratieve lasten voor zorgorganisaties, maar ook in de
context van goede zorg en bedrijfsvoering. De NZa heeft toegezegd de
achterban van ActiZ en BTN uitleg te geven over hoe de wachttijden
eenvoudig kunnen worden aangeleverd. Ik reken erop dat ActiZ en BTN hun
leden vervolgens zullen aanbevelen aan de uitvoering van de regeling mee te
werken.
Vraag 9
Kunt u deze vragen beantwoorden voorafgaand aan het algemeen overleg dementiezorg?
Antwoord 9
Ja.
2) Kamerstuk 25 424, nr. 929