Antwoord op vragen van het lid Kuzu over een lasterlijk rapport van het Israëlische Ministerie van Strategische Zaken

Antwoorden van de Minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, op vragen van het lid Kuzu (DENK) over een lasterlijk rapport van het Israëlische ministerie van Strategische Zaken.

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het rapport “The Money Trail” van het Israëlische ministerie van Strategische Zaken, waarin de Europese Unie (EU) wordt beschuldigd van het financieren van Palestijnse en Europese Niet-Gouvernementele Organisaties (ngo's) die banden zouden hebben met terreurorganisaties?[1]

Antwoord

Ja.

Vraag 2
Deelt u de mening van de Europese Commissie dat beschuldigingen dat de EU terreur steunt “ongefundeerd en onacceptabel” zijn? [2] Zo nee, waarom niet?

Antwoord

De EU financiert geen terrorisme. De reactie van de Europese Commissie (EC) uit 2017, waar u aan refereert, was geen reactie op het rapport van het Israëlische ministerie van Strategische zaken. De toenmalige reactie van de EC betreft een beantwoording van een vraag gesteld door een van de leden van het Europese Parlement over de steun van de EU aan de Palestijnse Autoriteit. Het rapport van het Israëlische ministerie van Strategische Zaken is van april 2018. De reactie van de EC is om die reden niet één op één met het rapport te verbinden.

Vraag 3
Deelt u de mening dat de EU dergelijke beschuldigingen krachtig en publiekelijk moet tegenspreken, zodat er geen onduidelijkheid kan ontstaan over wat de EU feitelijk doet en beoogt? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

De Europese Commissie en Europese Dienst voor Extern Optreden maken hun eigen afweging over woordvoering. De EU heeft niet publiekelijk gereageerd op het rapport van het Israëlische ministerie van Strategische Zaken.

Vraag 4
Deelt u de mening dat dergelijke agressieve en lasterlijke beschuldigingen niet passen binnen de relatie met een staat die door het kabinet wordt aangemerkt als “bevriende natie”? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

Nee. Nederland onderhoudt goede betrekkingen met Israël. Het kabinet besteedt – waar mogelijk in EU-verband – intensieve aandacht aan mensenrechtenonderwerpen in de dialoog met de Israëlische autoriteiten. Het kabinet benadrukt daarbij het belang van het werk van mensenrechtenorganisaties voor een vrije en pluriforme samenleving. Dit wordt ook nadrukkelijk aan de orde gesteld in de verschillende dialogen die de EU voert met de Israëlische autoriteiten, waaronder de jaarlijkse mensenrechtendialoog.

Vraag 5

Heeft u kennisgenomen van het artikel “Israeli propaganda targets EU funds for NGOs”?[3] Deelt u de mening van EUobserver dat het rapport “The Money Trail” moet worden aangemerkt als “information warfare” en doet denken aan de wijze waarop Rusland de publieke opinie in de EU probeert te manipuleren? Wilt u uw antwoord uitgebreid toelichten?

Antwoord

Het kabinet heeft kennisgenomen van het bericht van EUobserver. Wat het kabinet betreft bevat het rapport geen reden om te concluderen dat de EU tegen diens eigen beleid handelt, wat gesteld wordt in het rapport. Zie ook de antwoorden in reactie op de vragen van de leden Voordewind, Van der Staaij, Ten Broeke, Van Helvert en de Roon, d.d. 8 juni 2018 met kenmerk 2018Z09988. Echter, enkel op basis van dit rapport waarbij een verkeerde conclusie over het EU-beleid getrokken wordt, kan het kabinet niet de conclusie trekken dat er sprake is van ongewenste beïnvloeding van de publieke opinie in Nederland door statelijke actoren.

Vraag 6

Herinnert u zich het kabinetsstandpunt dat uitlatingen en activiteiten in het kader van “BDS” (Boycot, Desinvesteringen en Sancties) worden beschermd door de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van vergadering? [4] Hoe beoordeelt u op grond van dat standpunt dat diverse Palestijnse en Europese NGO's in het rapport “The Money Trail” worden gebrandmerkt, simpelweg omdat zij BDS zouden steunen? Wilt u uw antwoord uitgebreid toelichten?

Antwoord

Ja. Het kabinetsstandpunt ten aanzien van BDS is niet gewijzigd. Het kabinet is tegen een boycot van Israël en streeft naar versterking van de economische relaties met Israël binnen de grenzen van 1967. Het kabinet hanteert de strikte lijn dat Nederland geen activiteiten financiert die BDS tegen Israël propageren. Het feit dat organisaties de beweging die oproept tot Boycott, Divestment and Sanctions (BDS-beweging) ondersteunen is voor het kabinet geen afwijzingscriterium voor financiering van deze organisaties, aangezien uitlatingen of bijeenkomsten van de beweging worden beschermd door de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van vergadering, zoals onder meer vervat in de Nederlandse Grondwet en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. De inhoud van het rapport is de verantwoordelijkheid van de Israëlische regering. Het kabinet kan niet antwoorden voor diens afwegingen bij de samenstelling en conclusies van het rapport.


Vraag 7

Deelt u de mening dat het kwalijk en misleidend is dat het Israëlische ministerie van Strategische Zaken het onderscheid vertroebelt tussen activiteiten van ngo's gericht tegen de illegale Israëlische nederzettingen en anderzijds boycotacties tegen de staat Israël? Zo ja, bent u bereid dit keihard te veroordelen? Zo nee, waarom laat u zo over u heen lopen?

Antwoord

Het staat Israël vrij zijn eigen beleid te maken ten aanzien van BDS, binnen de grenzen van het internationale recht. De inhoud van het rapport is de verantwoordelijkheid van de Israëlische regering. Het kabinet kan niet antwoorden voor diens afwegingen bij de samenstelling en conclusies van het rapport.

Het Nederlands standpunt ten aanzien van BDS is ongewijzigd (zie antwoord op vraag 5), net zo min als het beleid ten aanzien van economische relaties met bedrijven in Israëlische nederzettingen in bezet gebied. Voor een toelichting op dit beleid wordt verwezen naar de Kamerbrief over betrokkenheid van de Nederlandse ambassade bij een actiemaand van de Israëlische supermarktketen Shufersal van 4 december 2017 (Kamerstuk 23 432, nr. 443 ).

Vraag 8

Veroordeelt u het dat het Israëlische ministerie van Strategische Zaken militaire tactieken en clandestiene middelen inzet tegen vredesactivisten en mensenrechtenverdedigers die met vreedzame middelen campagne voeren tegen Israëls gewelddadige bezetting en grootschalige schendingen van het internationaal recht?

Antwoord

Het Kabinet beschikt niet over eigenstandige informatie over een inzet van militaire tactieken of clandestiene middelen waar u naar verwijst en heeft daarom geen aanleiding om dergelijke berichten te bevestigen of te veroordelen.

Vraag 9

Heeft u kennisgenomen van het bericht dat het Israëlische ministerie van Strategische Zaken medewerkers op diverse ambassades heeft gestationeerd? [5] Is op de Israëlische ambassade in Den Haag een medewerker van dat ministerie werkzaam?

Antwoord

Het artikel is bekend. Landen besluiten zelf welke medewerkers zij plaatsen op hun ambassades in andere landen. Slechts voor een beperkt aantal functies (met name die van de ambassadeur) is instemming van het ontvangende land vereist. Het is niet aan het ontvangende land om mededelingen te doen over de samenstelling van een team op een ambassade van een ander land.

Vraag 10

Coördineert en/of coöpereert het Israëlische ministerie van Strategische Zaken met pro-Israël organisaties in Nederland, zoals het Centrum Informatie Documentatie Israël (CIDI)? Zo ja, wilt u al uw informatie hierover met de Kamer delen?


Antwoord

Het kabinet heeft hier geen eigenstandige informatie over.

Vraag 11

Heeft u kennisgenomen van het bericht dat het Israëlische bedrijf Israel Cyber Shield (ICS) de Amerikaanse-Palestijnse mensenrechtenactiviste Lina Sansour heeft bespioneerd om informatie te genereren die in een lastercampagne tegen haar gebruikt zou kunnen worden? [6] Hoe beoordeelt u dergelijke spionagepraktijken, die in het geval van Sansour ook tegen haar familie waren gericht?

Antwoord

Het artikel is bekend. Het bericht betreft activiteiten die in de Verenigde Staten zouden hebben plaatsgevonden en niet gericht zouden zijn op een persoon in Nederland of Nederlands staatsburger. Het kabinet heeft hier geen eigenstandige informatie over.

Vraag 12

Heeft u kennisgenomen van het bericht dat de Israëlische autoriteiten de strijd tegen “BDS” in toenemende mate voeren via private entiteiten, waaronder “Kella Shlomo”, een bedrijf dat voor dat doel is opgericht? [7]

Antwoord

Ja, het artikel is bekend.

Vraag 13

Bent u bereid om bij de Israëlische autoriteiten te informeren of zij, of entiteiten als “Kella Shlomo” die door haar worden gesteund, activiteiten ontplooien tegen Nederlandse burgers die met democratische en vreedzame middelen campagne voeren tegen Israëls bezetting en schendingen van het internationaal recht? Zo ja, wilt u de Kamer over de Israëlische reactie informeren? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

Het kabinet beschikt niet over eigenstandige informatie die er op wijst dat er dergelijke activiteiten tegen Nederlandse burgers worden ontplooid en ziet daarom geen aanleiding hier bij de Israëlische autoriteiten over te informeren.

Vraag 14

Wilt u zo vriendelijk zijn om alle vragen afzonderlijk en zo volledig mogelijk te beantwoorden?

Antwoord

Het kabinet heeft alle vragen beantwoord.



[4] Kamerstuk 23432, nr. 442

Indiener(s)

Stef  Blok