Antwoord op vragen van de leden Van der Graaf en Segers over het bericht 'Korpschef: Partydrugs moeten af van 'normaal' imago'

Vragen van de leden Van der Graaf en Segers (beiden ChristenUnie) aan de Ministers van Justitie en Veiligheid en voor Medische Zorg en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «Korpschef: Partydrugs moeten af van «normaal» imago» (ingezonden 11 april 2018).

Antwoord van Staatssecretaris Blokhuis (Volksgezondheid, Welzijn en Sport), mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid (ontvangen 29 mei 2018) Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 2014

Vraag 1

Kent u het bericht «Korpschef: Partydrugs moeten af van «normaal» imago»?1

Antwoord 1

Ja. Wij stellen de normalisering van het gebruik van drugs tijdens het uitgaan ook al enkele jaren aan de orde. Wij verwijzen hiervoor ook graag naar de beantwoording van de vragen van D66 over dit onderwerp2.

Vraag 2

Deelt u de mening dat drugsgebruik niet onschuldig is, onder meer omdat het leidt tot verslaving en daarbij behorende gezondheidsklachten en de productie en levering van drugs gepaard gaat met criminaliteit, geweld en intimidatie?

Antwoord 2

Ja, het gebruik van drugs is niet zonder risico’s. Het drugsbeleid is dan ook primair gericht op het voorkomen van gebruik. Wanneer mensen ervoor kiezen om toch drugs te gebruiken, zetten we in op het voorkomen van gezondheidsschade. Daarnaast zetten we in op vroegsignalering, behandeling en harm reduction. De productie en levering van drugs is alles behalve onschuldig. Drugscriminaliteit vormt een belangrijk onderdeel van de ondermijnende criminaliteit. Het is een prioriteit van het kabinet om de aanpak van ondermijnende criminaliteit samen met alle relevante partners te versterken.

Vraag 3, 4 en 5

Deelt u de mening geuit door korpschef Akerboom dat het gebruik van drugs in het uitgaanscircuit te veel is genormaliseerd en zelfs wordt geromantiseerd?

Deelt u de mening dat alles op alles moet worden gezet om te strijden tegen de romantisering en normalisering van drugs en scherp voor het voetlicht te brengen dat ook achter de pil of het lijntje in het weekend een wereld van misdaad schuil gaat? Zo ja, welke actie onderneemt u daartoe?

Wat doet u, naast preventie op het gebied van alcohol en roken, aan preventie om te voorkomen dat jongeren niet beginnen met het gebruik van drugs?

Antwoord 3, 4 en 5

Het gebruik van stimulerende middelen, zoals ecstasy, cocaïne en amfetamine, is de afgelopen jaren gestaag toegenomen. Dit lijkt vooral samen te hangen met uitgaan. Onder jongeren en jongvolwassenen die vaak een party of festival bezoeken is het normaler geworden om daar drugs te gebruiken: zo gebruikt meer dan de helft van hen XTC.3 Wij maken ons grote zorgen over deze ontwikkelingen in het drugsgebruik onder jongeren en jongvolwassenen.

Eind 2015 heeft de toenmalige Staatssecretaris van VWS zijn beleidsvisie drugspreventie aan uw Kamer gestuurd.4 Daarin stelde hij de normalisering van druggebruik tijdens het uitgaan al aan de orde. In die visie is het preventiebeleid ten aanzien van druggebruik beschreven en is extra inzet hierop aangekondigd. Dit is nog steeds vigerend beleid.

Voor de aanpak van de normalisering van drugs zijn wij de samenwerking aangegaan met verschillende partijen. Vanuit alle kanten proberen we bijvoorbeeld jongeren en jongvolwassenen te bereiken: via ouders, gemeenten, scholen, professionals, horeca, organisatoren van evenementen en door informatievoorziening.

Voorlichting is belangrijk. Het is echter essentieel om de juiste doelgroep met de juiste boodschap te benaderen. Massamediale campagnes bijvoorbeeld kunnen nieuwsgierigheid van niet-gebruikers opwekken en daarmee averechts werken. En een simpele boodschap als «gebruik geen drugs» werkt niet bij mensen die al drugs gebruiken. Maatwerk, passend bij de verschillende doelgroepen, is dus nodig. Deze inspanning vergt een lange adem. Om preventieve interventies op de lange termijn nog beter te laten aansluiten op de verschillende doelgroepen en verder te verbeteren, loopt een langlopend onderzoek van het Trimbos-instituut, Hogeschool Utrecht en de Universiteit van Amsterdam. Over dit Persona onderzoek bent u recent geïnformeerd.5 Ondertussen zitten we niet stil en kijken we waar de winst zit en wat gewerkt heeft. Wij zullen de normalisering ter discussie blijven stellen en ons blijven inzetten om de beoogde doelgroepen met de juiste boodschap te bereiken.

Het ontmoedigen van drugsgebruik gebeurt altijd vanuit het oogpunt van volksgezondheid. Daarnaast hebben wij in de afgelopen periode ook aandacht gevraagd voor de zware drugscriminaliteit die schuil gaat achter de productie en levering van drugs. Drugscriminaliteit vormt een belangrijk onderdeel van de ondermijnende criminaliteit. Het is een prioriteit van het kabinet om de aanpak van ondermijnende criminaliteit samen met alle relevante partners te versterken.


X Noot
2

Antwoorden op Kamervragen van Kamerlid Bergkamp (D66) over de uitspraken van korpschef Akerboom over partydrugs (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 2234)

X Noot
3

Kamerstuk 24 077, nr. 357

X Noot
4

Kamerstuk 24 077, nr. 357

X Noot
5

Kamerstuk 24 077, nr. 412

Indiener(s)