Antwoord op vragen van het lid Özütok over het bericht 'Stapels werk door nieuwe eisen toegankelijkheid'

Vragen van het lid Özütok (GroenLinks) aan de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht «Stapels werk door nieuwe eisen toegankelijkheid» (ingezonden 4 april 2018).

Antwoord van Staatssecretaris Knops (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 28 mei 2018).

Vraag 1

Kent u het bericht «Stapels werk door nieuwe eisen toegankelijkheid»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Wat is op dit moment de stand van zaken op het gebied van toegankelijkheid van websites van de rijksoverheid, de decentrale medeoverheden en de zelfstandige bestuursorganen?

Antwoord 2

Het op transparante wijze afleggen van verantwoording over de toegankelijkheid van overheidswebsites wordt verplicht. Binnenkort treedt het tijdelijk besluit digitale toegankelijkheid overheid in werking. Op dit moment is er echter nog geen volledig beeld, mede omdat de exacte eisen waaraan toegankelijkheidsverklaringen moeten voldoen nog door de Europese Commissie moeten worden vastgesteld.

Vooruitlopend op de verplichting heeft een aantal overheidsinstanties de eigen websites al laten toetsen op toegankelijkheid. Van 19 websites bij gemeenten, 4 bij provincies, 1 bij een waterschap en 18 bij de rijksoverheid kan worden aangetoond dat ze aan alle toegankelijkheidseisen voldoen. Een grotere groep overheidsinstanties heeft wel verbetering toegepast, maar nog geen volledig resultaat bereikt en/of dit nog niet voldoende inzichtelijk gemaakt. Verwachting is dat na inwerkingtreding van het besluit de verantwoording over webtoegankelijkheid nadrukkelijk zal verbeteren en dat overheidsinstanties hun websites zullen (laten) toetsen op toegankelijkheid.

Blijvende aandacht voor het onderwerp is nodig. Toegankelijkheid is – net als bij informatiebeveiliging en gegevensbescherming – geen project met een begin en een eind, maar een cyclisch proces. Daarbij dienen regelmatig verbeteringen te worden gepland, doorgevoerd, geëvalueerd en geborgd. Alleen op die manier kan een reeds behaald niveau van toegankelijkheid worden vastgehouden en aan verdere verbetering worden gewerkt.

Vraag 3

Is het waar dat veel gemeenten nog niet voldoende bezig zijn met het toegankelijk maken van de gemeentelijke websites? Zo ja, waarom aarzelen zij?

Antwoord 3

De verplichting om de gemeentelijke websites toegankelijk te maken dateert van 2008. Veel gemeenten zijn er toen mee aan de slag gegaan.

Er waren ook overheidsinstanties die andere keuzes hebben gemaakt; momenteel geldt voor het niet nakomen van de verplichting geen sanctie.

Na inwerkingtreding van het besluit krijgt de verplichting een wettelijke grondslag, met de inwerkingtreding van nationale regelgeving op basis van de Europese webtoegankelijkheidsrichtlijn 2016/2102. De richtlijn schrijft voor dat er een toegankelijkheidsverklaring moet wordt gepubliceerd en ook dat er een adequate en doeltreffende handhavingsprocedure beschikbaar komt om te waarborgen dat de richtlijn wordt nageleefd.

Gegevens die de afgelopen jaren voor monitoringsdoeleinden zijn verzameld onderbouwen het beeld dat in het artikel wordt geschetst. Waarom gemeenten momenteel zouden aarzelen om aan de slag te gaan met webtoegankelijkheid is mij niet bekend. Ik zal dit betrekken in mijn reguliere overleg met de VNG.

Vraag 4

Hoe beoordeelt u de ontwikkelingen om te komen tot toegankelijke digitaleoverheidswebsites? Wordt er voldoende prioriteit gegeven aan het toegankelijk maken van overheidswebsites? Zijn er voldoende middelen beschikbaar om de websites toegankelijk te maken?

Antwoord 4

Het uitgangspunt dat online informatie en dienstverlening door iedereen moeten kunnen worden gebruikt, wordt ook bij overheidsinstanties breed onderschreven. Uit metingen en studies blijkt echter dat de weg naar aansprekende resultaten, vooral vanwege praktische en organisatorische redenen, lang niet zo gemakkelijk is als algemeen wordt verondersteld.

De brede onderschrijving van het uitgangspunt leidt tot dusverre niet bij alle overheidsinstanties tot het maken van plannen of concrete acties. In de dagelijkse praktijk wordt regelmatig aan andere onderwerpen een hogere prioriteit toegekend dan aan webtoegankelijkheid. Dat geldt ook voor het beschikbaar maken van middelen.

Een verplichting met een wettelijke grondslag, inclusief toezicht en handhaving, zal er toe leiden dat meer prioriteit zal worden gegeven aan webtoegankelijkheid.

Vraag 5

Op welke onderdelen valt volgens u nog veel winst te behalen om de digitale toegankelijkheid van overheidswebsites te verbeteren?

Antwoord 5

Ik verwacht dat onder invloed van het Tijdelijk besluit digitale toegankelijkheid overheid toegankelijkheid de komende jaren meer bestuurlijke aandacht zal krijgen. Het toegankelijker maken van websites vergt bestuurlijk commitment, de reeds genoemde bestuurlijke aandacht, budget, inzet van de juiste expertise en ten slotte inzicht in de punten die nog niet in overeenstemming zijn met de toegankelijkheidscriteria. Wanneer aan de genoemde voorwaarden wordt voldaan kunnen de bestuurders van overheidsinstanties doelgerichter sturen op verbetering van de toegankelijkheid dan tot dusverre mogelijk was, omdat de toegankelijkheidsverklaring, naast het huidige inzicht of aan alle eisen wordt voldaan, voortaan ook inzicht zal geven in de vorderingen.

De toegankelijkheidsverklaringen zullen het monitoren van toegankelijkheid van overheidswebsites vergemakkelijken en vertegenwoordigende organen, zoals gemeenteraden, helpen hun controlerende taak uit te oefenen.

Vraag 6

Wat is de stand van zaken op het gebied van digitale toegankelijkheid bij andere decentrale overheden zoals de provincies, waterschappen en de bijzondere openbare lichamen in Caribisch Nederland? Moeten zij ook aan de nieuwe Europese regels voldoen?

Antwoord 6

Het Tijdelijk besluit digitale toegankelijkheid overheid is van toepassing op de delen van het Koninkrijk die op Europees grondgebied liggen. Decentrale overheden zoals de provincies en waterschappen behoren tot de overheidsinstanties waarop het besluit van toepassing is.

Voor de gevraagde stand van zaken bij decentrale overheden verwijs ik naar het antwoord op vraag 2.

Vraag 7, 8 en 9

Verwacht u dat alle gemeenten en andere decentrale overheden in september 2018 een plan van aanpak klaar zullen hebben?

Wat gaat u doen als gemeenten (en andere overheden) het plan van aanpak niet tijdig klaar hebben?

Wordt bij de beoordeling van de plannen van aanpak ook gekeken of de gemeenten (en andere overheden) rekening houden met mensen die zelf minder digitaal vaardig zijn en hoe deze mensen op een laagdrempelige manier alsnog gebruik kunnen maken van de goed toegankelijke digitale voorzieningen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 7, 8 en 9

Van de in het artikel genoemde verplichting dat elke gemeente voor september met een plan van aanpak moet komen is geen sprake. Na inwerkingtreding van het besluit is het aan de verantwoordelijke overheidsinstanties zelf hieraan invulling te geven. Ik ga er vanuit dat zij deze serieus oppakken.

Daarbij zullen overheidsinstanties de komende tijd worden gestimuleerd om intern maatregelen te nemen met als doel om aan het besluit te kunnen voldoen.

De focus van mijn aanpak is om, nadat het model ervoor door de Europese Commissie is vastgesteld, overheidsinstanties te ondersteunen bij het opstellen van toegankelijkheidsverklaringen. Die verklaringen zullen inzicht bieden in hoe ver individuele overheidsinstanties gevorderd zijn met de toegankelijkheid van hun websites en apps.

Daarnaast kan het team van Digitoegankelijk.nl overheidsinstanties die nog op gang moeten komen helpen met praktische informatie, tips, plannen van aanpak en ervaringen van andere overheidsinstanties.

Ik acht het belangrijk dat digitale informatie en dienstverlening van de overheid door iedereen kan worden gebruikt, dus ook voor mensen die minder digitaal vaardig zijn.

Daarnaast onderzoek ik, onder meer in samenwerking met gemeenten, hoe ik een extra impuls kan geven aan de bevordering van digitale vaardigheden van mensen en zo hun zelfredzaamheid kan versterken. Op een eerder moment heb ik al toegezegd dat ik de Kamer nader zal informeren over een samenhangende aanpak voor digitale inclusie van het kabinet.

Vraag 10

Kunt u gemeenten (en andere overheden) extra ondersteuning bieden als dat gewenst is? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 10

Voor gemeenten en andere overheidsinstanties die aan de slag willen met toegankelijkheid is al ondersteuning beschikbaar. Een goede eerste maatregel om te gaan werken aan verbetering is gebruik van het «Stappenplan toegankelijke website» op de website Digitoegankelijk.nl.

Het team van Digitoegankelijk.nl treedt op als vraagbaak en biedt naast de informatie op de website ondersteuning met praktische informatie, tips, plannen van aanpak en ervaringen die andere overheidsinstanties met toegankelijkheid hebben opgedaan.

Vraag 11

Bent u bereid om de Kamer na september 2018 nader te informeren over de stand van zaken? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 11

Zoals in het antwoord op vraag 7 is gesteld is er in september 2018 geen deadline om een plan van aanpak klaar te hebben. Uiteraard ben ik wel bereid om de Kamer te informeren over de voortgang van de uitvoering van het tijdelijk besluit toegankelijkheid digitale overheid.

Indiener(s)