Antwoord op vragen van het lid Arissen over de hertelling in de gemeente Zaanstad

2075

Vragen van het lid Arissen (PvdD) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en

Koninkrijksrelaties over de hertelling in Zaanstad (ingezonden 4 april 2018).

Antwoord van Minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties)

(ontvangen 15 mei 2018). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar

2017–2018, nr. 1920.

Vraag 1 en 2

Kent u het bericht «Na hertelling van de stemmen krijgt 80% van de partijen

een ander stemaantal»?1

Kent u het bericht «Gemeenteraad Zaanstad unaniem voor hertelling»?2

Antwoord 1 en 2

Ja.

Vraag 3, 4 en 6

Kunt u aangeven waarom de bekendmaking van het resultaat van de

hertelling van de stemmen in Zaanstad, na de volledige hertelling en de

geplande bekendmaking van de resultaten, om onduidelijke redenen met een

etmaal werd uitgesteld?3

Is er een proces-verbaal van de hertelling die op 28 maart heeft plaatsgevonden?

Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u de uitslag die op 28 maart werd

vastgesteld met ons delen?

Kunt u aangeven of er op 29 maart een nieuwe hertelling van de stemmen in

Zaanstad heeft plaatsgevonden? Zo ja, is van deze telling een proces-verbaal,

op wiens gezag heeft de tweede hertelling plaatsgevonden en is een tweede

hertelling, die niet in het raadsbesluit tot hertelling was opgenomen,

rechtsgeldig?

Antwoord 3, 4 en 6

De raad van de gemeente Zaanstad heeft op 27 maart 2018 gebruik gemaakt

van zijn wettelijke bevoegdheid om te besluiten tot een hertelling. Dit besluit

is genomen naar aanleiding van een verzoek van de Partij voor de Dieren(PvdD), dat was ingegeven door het feit dat de laatste restzetel met een

minimaal verschil van één stem ten opzichte van de PvdD naar ROSA was

gegaan.

De burgemeester van de gemeente Zaanstad heeft mij laten weten dat alle

stemmen zijn herteld en daarbij bij vrijwel alle partijen lichte verschuivingen

waren te zien in het aantal stemmen ten opzichte van de aanvankelijke

verkiezingsuitslag. Omdat alleen bij de PvdD en ROSA het verschil in

stemmen invloed zou kunnen hebben op de zetelverdeling, vond de

burgemeester voor deze partijen een extra controle nodig. De burgemeester

heeft mij laten weten dat vanwege de extra controle de op 28 maart 2018

begonnen hertelling op 29 maart 2018 is geëindigd en daarmee langer heeft

geduurd dan aanvankelijk gedacht. Omdat de op 28 maart begonnen

hertelling op 29 maart is geëindigd, kon niet eerder dan op 29 maart de

uitslag worden vastgesteld, hetgeen ook is gebeurd.

Van een tweede hertelling is geen sprake geweest, aldus de burgemeester.

Het proces-verbaal van de verkiezingsuitslag staat conform de Kieswet op de

website van de gemeente Zaanstad. Zie https://www.zaanstad.nl/mozard/

!suite86.scherm0325?mPag=771&mNch=2620365.

Nu de hertelling ten opzichte van de op 23 maart vastgestelde verkiezingsuitslag

niet heeft geleid tot wijzigingen in de toe te laten leden noch in de

vastgestelde lijstvolgorde, voorziet de huidige wetgeving niet in het na de

hertelling opmaken van een (nieuw) proces-verbaal. Ik bereid momenteel een

voorstel tot wijziging van de Kieswet voor, dat regelt dat in een geval als dit,

waarin het vertegenwoordigend orgaan tot een hertelling besluit, het

gemeentelijk stembureau van de gemeente waar de hertelling aan de orde is,

deze hertelling uitvoert onder toezicht van het vertegenwoordigend orgaan,

en het centraal stembureau een nieuw proces-verbaal opstelt, dat elektronisch

openbaar wordt gemaakt.

Vraag 5

Kunt u aangeven op wiens gezag de burgemeester besloot de uitslag van de

hertelling niet op het geplande tijdstip bekend te maken? Zijn er wettelijke

regels voor het tijdstip van bekendmaking van de uitslag van een hertelling?

Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u die met ons delen?

Antwoord 5

De burgemeester heeft mij laten weten dat hij onder bevoegd gezag van de

gemeenteraad heeft besloten de uitslag niet op het aanvankelijk geplande

tijdstip (op 28 maart 2018) bekend te maken om de reden zoals weergegeven

in het antwoord op de vragen 3, 4 en 6. Er zijn in de Kieswet geen wettelijke

regels gesteld voor het tijdstip van bekendmaking van de uitslag van een

hertelling. Wel bepaalt artikel V 4, vierde lid, van de Kieswet dat, in het geval

de raad tot een hertelling besluit, de stembiljetten «onverwijld» naar de raad

moeten worden overgebracht, en dat de raad na ontvangst van de stembiljetten

«onmiddellijk» tot de hertelling overgaat.

In de praktijk is het de burgemeester die de hertelling uitvoert, onder

verantwoordelijkheid van de gemeenteraad. In de circulaire «Gemeenteraadsverkiezingen:

hertellingen» van februari 2014 [1] staat dat na afloop van een

hertelling waartoe de gemeenteraad heeft besloten, veelal een nieuwe

raadsvergadering zal plaatsvinden waarin wordt meegedeeld welke gevolgen

de hertelling heeft voor de zetelverdeling. Blijkens de circulaire moet deze

raadsvergadering zo spoedig mogelijk na afloop van de hertelling plaatsvinden.

Nadat op 29 maart de hertelling in Zaanstad was geëindigd, is diezelfde

dag de uitslag in de raadsvergadering bekend gemaakt.

Vraag 7

Deelt u de mening dat het de transparantie niet ten goede komt wanneer de

aard en wijze van het proces van stemmentellen met onduidelijkheden

omgeven is?

Antwoord 7

Transparantie en controleerbaarheid zijn naar mijn overtuiging de beste

maatregelen om het vertrouwen in de uitslag van de verkiezingen te

waarborgen.

Vraag 8

Kunt u aangeven wat de rol is geweest van de vertegenwoordiger van de

Kiesraad die bij de hertelling aanwezig was? Hoe beoordeelde de vertegenwoordiger

van de Kiesraad het besluit om bekendmaking van de hertelling

een etmaal uit te stellen c.q. een nieuwe hertelling van de stemmen uit te

voeren?

Antwoord 8

Namens de Kiesraad was een vertegenwoordiger bij de hertelling in Zaanstad

aanwezig. Indien bij een gecombineerde stemming voor gemeenteraadsverkiezingen

en een referendum, voor één van beide stemmingen een hertelling

wordt uitgevoerd, moeten namelijk de centraal stembureaus voor beide

stemmingen daarbij aanwezig zijn. Dat vloeit voort uit artikel 17 van het

Besluit raadgevend referendum.

De Kiesraad fungeert als centraal stembureau voor het raadgevend referendum.

Achtergrond van deze bepaling is dat het bij een gecombineerde

stemming zou kunnen gebeuren dat een of meer stembureaus de stembescheiden

van de ene stemming hebben verwisseld met die van de andere

stemming. De Kiesraad, of degene die hem vertegenwoordigt, heeft bij de

hertelling uitsluitend tot taak erop toe te zien dat zorgvuldig wordt omgegaan

met de eventuele stembescheiden voor het referendum, en heeft geen

bevoegdheid om besluiten te nemen die liggen op het terrein van het

gemeentelijk centraal stembureau of de gemeenteraad en evenmin om te

treden in de door hen genomen besluiten.

Overigens heeft de vertegenwoordiger van de Kiesraad in lijn met het

voorgaande na de hertelling in Zaanstad vastgesteld dat bij de hertelling van

de stembiljetten van de gemeenteraadsverkiezingen in Zaanstad geen

onregelmatigheden zijn geconstateerd, meer precies: er zijn geen stembiljetten,

stempassen, kiezerspassen en/of volmachtbewijzen voor het referendum

aangetroffen in de verzameling «stembiljetten gemeenteraadsverkiezingen

21 maart 2018».

Vraag 9

Is het waar dat uit de hertelling van de stemmen op 28 maart bleek dat de

Partij voor de Dieren meer stemmen had behaald dan, óf evenveel stemmen

had behaald als, de partij Rosa en dat de burgemeester de vertegenwoordigers

van beide partijen heeft opgedragen daarover geen mededelingen

jegens derden te verstrekken? Zo ja, vindt u dit een correcte gang van zaken?

Zo nee, hoe is het dan gegaan?

Antwoord 9

Nee. De burgemeester van de gemeente Zaanstad heeft mij laten weten dat

bij de hertelling bij vrijwel alle partijen lichte verschuivingen in het aantal

stemmen waren te zien ten opzichte van de telling door de stembureaus.

Omdat de hertelling boven alle twijfel verheven moet zijn, is besloten een

extra controle uit te voeren voor die partijen waarvoor de hertelling van

invloed zou kunnen zijn op de zetelverdeling. Dat is uitgelegd aan vertegenwoordigers

van beide partijen, die zich daarin konden vinden, aldus de

burgemeester. De controle is de volgende dag in openbaarheid uitgevoerd.

Volgens de burgemeester waren leden van beide partijen daar ook bij

aanwezig. De burgemeester heeft mij laten weten niet te hebben opgedragen

hierover geen mededelingen jegens derden te verstrekken.

Vraag 10

Is het waar dat bij een gelijk aantal behaalde stemmen door twee partijen, die

aanspraak maken op een restzetel, geloot zou moeten worden ingevolge

artikel P7 en P14 van de Kieswet? Zo nee, waarom niet? Zo ja, waarom is

daarvan in dit geval afgeweken en wat zijn daarvan de consequenties?

Antwoord 10

Indien, zoals in het geval van de raad van de gemeente Zaanstad, het aantal

te verdelen zetels negentien of meer bedraagt, worden de restzetels verdeeld

volgens het systeem van de grootste gemiddelden. Bij die verdeling is niet

het aantal behaalde stemmen relevant, maar gaan de restzetels achtereenvolgens

naar die lijsten die het grootste gemiddelde aantal stemmen per

toegewezen zetel hebben behaald. Indien gemiddelden gelijk zijn, beslist zo

nodig het lot (zie artikel P 7 van de Kieswet). Voor zover mij bekend, is in het

onderhavige geval niet van het wettelijke systeem afgeweken.

Vraag 11

Hoe beoordeelt u het feit dat bij hertelling volgens gegevens van de NOS

blijkt dat 80% van de partijen een ander aantal stemmen behaalt dan bij

eerdere telling? Kunt u hierop ook een reflectie geven in het kader van de

eerste hertelling van de stemmen in Zaanstad?

Antwoord 11

De organisatie van gemeenteraadsverkiezingen en de telling zijn mensenwerk,

waarbij bovendien zoveel mensen zijn betrokken dat het onmogelijk is

om uit te sluiten dat fouten worden gemaakt. Met name bij gemeenteraadsverkiezingen

waar het aantal deelnemende kiezers geringer is dan bij andere

verkiezingen, kan een klein stemverschil al gevolgen hebben voor de

toewijzing van zetels. Niettemin leidt een hertelling, zoals ook in het

NOS-bericht staat, in lang niet alle gevallen tot een andere zetelverdeling.

Ook in Zaanstad, één van de door de NOS onderzochte 18 gemeenten, heeft

de hertelling niet tot een andere zetelverdeling geleid.

Hoewel het onmogelijk is fouten uit te sluiten moeten de processen zo zijn

ingericht dat fouten tijdig kunnen worden gesignaleerd en waar mogelijk

kunnen worden gecorrigeerd. Ik bereid momenteel een voorstel tot wijziging

van de Kieswet voor, dat erin voorziet dat eventuele fouten van stembureaus

meteen daags na de stemming, tijdens een openbare zitting, kunnen worden

hersteld door een daarvoor ingesteld gemeentelijk stembureau. Er hoeft dan

dus niet langer, zoals onder de huidige Kieswet, te worden gewacht totdat het

centraal stembureau (tijdens zijn zitting tot vaststelling van de uitslag) of de

gemeenteraad tot een hertelling besluit. De kans dat het centraal stembureau

of de gemeenteraad tot een hertelling moet besluiten, wordt hierdoor kleiner.

Vraag 12

Kunt u aangeven op welke wijze de stembiljetten in Zaanstad bewaard zijn in

de nachten tussen de eerste telling, de eerste hertelling en een mogelijke

tweede hertelling? Hoe verklaart u het verschil in de uitkomsten van de drie

tellingen in relatie tot de betrouwbaarheid van het telsysteem?

Antwoord 12

De burgemeester van de gemeente Zaanstad heeft mij laten weten dat de

stembiljetten in de periode tussen de telling op 21 maart en de hertelling op

28 maart, en in de nacht van 28 op 29 maart tijdens de hertelling, conform de

Kieswet in verzegelde zakken per stembureau in afgesloten papierbakken zijn

opgeborgen in een afgesloten ruimte op de gemeentewerf. Bij de hertelling is

gebleken dat tijdens de telling een enkel stembiljet per abuis in de stapel van

een andere partij was terecht gekomen en dat enkele stembiljetten die als

geldig waren betiteld ongeldig bleken te zijn en andersom, aldus de

burgemeester. Voor het overige verwijs ik naar het antwoord op vraag 11.

Vraag 13

Werd er aan het tellen van de stemmen in Zaanstad door direct belanghebbenden

bij de uitslag deelgenomen? Zo ja, acht u dit voldoende zorgvuldig?

Zo nee, via welke wettelijke regels wordt dergelijke betrokkenheid van

belanghebbenden voorkomen?

Antwoord 13

Nee. De burgemeester van de gemeente Zaanstad heeft mij laten weten dat

er geen direct belanghebbenden bij de telling betrokken zijn geweest,

vooruitlopend op een in voorbereiding zijnd wetsvoorstel, waarin onder meer

is opgenomen dat kandidaat-raadsleden niet als lid van het stembureau

mogen fungeren.

Vraag 14

Indien de burgemeester van Zaanstad buiten zijn mandaat om eenmaal te

hertellen heeft gehandeld, welke consequenties heeft dat dan voor de uitslag

van de verkiezingen in Zaanstad?

Antwoord 14

De gemeenteraad van Zaanstad heeft, gebruik makend van zijn wettelijke

bevoegdheid daartoe, (eenmalig) tot een hertelling besloten. Blijkens

informatie die ik heb gekregen van de burgemeester van de gemeente

Zaanstad en informatie van de raad van de gemeente zoals te vinden op de

gemeentelijke website, is dit conform de regels gebeurd. Zie ook de

antwoorden op de vragen 3, 4 en 6. Voor het plaatsen van vraagtekens bij de

uitslag van de gemeenteraadsverkiezing in Zaanstad zie ik dan ook geen

aanleiding.



[1] Deze circulaire over hertellingen is voorafgaand aan de gemeenteraadsverkiezingen in 2014 door mijn ambtsvoorganger aan alle gemeenten gestuurd. Aangezien de circulaire nog steeds van toepassing is, heb ik deze circulaire enkele weken vóór de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 opnieuw onder de aandacht van de gemeenten gebracht.

Indiener(s)