1925
Vragen van het lid Markuszower (PVV) aan de Minister van Justitie en
Veiligheid over het bericht «De rechtspraak moet een slag maken naar etnische
diversiteit» (ingezonden 29 maart 2018).
Antwoord van Minister Dekker (Rechtsbescherming) (ontvangen 25 april
2018). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 1843.
Vraag 1
Kent u het bericht «De rechtspraak moet een slag maken naar etnische
diversiteit»?1
Ja.
Vraag 2, 3, 4
Wat vindt u van de uitspraak van de president van het gerechtshof Den Haag
dat het aantal rechters met een migratie-achtergrond «veel te laag» is?
Wat vindt u van de uitspraak dat er meer rechters moeten komen «die hun
cultuur begrijpen»?
Deelt u de mening dat rechters neutraal moeten zijn? Zo nee, waarom niet?
Zo ja, sinds wanneer moeten rechters die een bepaalde cultuur willen
begrijpen deze ook vertegenwoordigen? Of bent u van mening dat er ook
meer rechters met rood haar moeten komen of meer rechters die de PVV
aanhangen?
De samenstelling van het rechtspraakpersoneel is de verantwoordelijkheid
van de rechtspraak zelf. Het is belangrijk dat de samenleving zich kan
herkennen in de rechtspraak. Dat kan bijdragen aan het gezag, het draagvlak
en het vertrouwen. Een divers samengestelde rechterlijke macht draagt dan
ook bij aan het waarborgen van de legitimiteit van de rechtspraak. Meer
diversiteit heeft geen invloed op de geldende kernwaarden: onafhankelijkheid,
onpartijdigheid en integriteit.
Rechters dienen onpartijdig te zijn. Daar worden ze ook op geselecteerd en
toe opgeleid. Bij de selectie staat kwaliteit altijd voorop. Kwaliteit en
diversiteit hoeven elkaar niet te bijten. In de opleiding worden rechters
getraind in de vaardigheid om hun persoonlijke politieke en andere opvattingen
en hun sociaal-culturele achtergrond zorgvuldig te scheiden van hetgeen
functioneel van hen wordt verwacht: onafhankelijke, onpartijdige en integere
toepassing van het recht. Dit alles overigens niet door het ontkennen, maar
door het onderkennen van die opvattingen en achtergrond. Een rechter hoeft
niet een bepaalde cultuur te vertegenwoordigen om deze te kunnen
begrijpen.
Vraag 5
Vindt u niet dat als een rechter van mening is dat er meer rechters moeten
komen met een migratie-achtergrond vanwege het argument dat die «hun
cultuur beter begrijpen» hij eigenlijk suggereert dat er blijkbaar ook meer
mensen voor de rechter verschijnen met een migratie-achtergrond? Zo nee,
waarom niet?
Nee, die suggestie heb ik in die opvatting niet kunnen herkennen.
Vraag 6
Deelt u de mening dat deze gevaarlijke uitspraken eigenlijk ook een pleidooi
zijn voor sharia-rechtspraak, aangezien dit een bepaalde cultuur het best
vertegenwoordigt? Zo nee, waarom niet?
Nee, die mening deel ik niet. De rechtspraak in Nederland past het alhier
geldende recht toe.
Vraag 7
Deelt u de mening dat deze president een dwaallicht is en dat de rechters die
onder hem ressorteren niet meer objectief kunnen oordelen in de zaak
Wilders?
Rechters en raadsheren zijn onafhankelijk en dus heeft een president van een
gerecht geen gezag over hen voor wat betreft hun rechtsprekende taak. De
wet bepaalt uitdrukkelijk dat het bestuur van een gerecht zich niet mag
mengen in de behandeling van een individuele zaak.
1 Volkskrant, 26 maart 2018