Beantwoording Kamervragen met kenmerk 2018Z00711
ingezonden op 19 januari 2018
1
Kent u het bericht “Schors verdachte bestuurders”? 1)
Ja.
2
Deelt u de mening dat de in het bericht genoemde kwesties rondom bestuurders
in Roermond en Brunssum het aanzien van de lokale politiek schaden en mogelijk
zelfs het functioneren daarvan? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
Ja, ik deel de mening dat dergelijke kwesties het functioneren van het openbaar
bestuur kunnen schaden en mogelijk zelfs beïnvloeden. Het openbaar bestuur in
Nederland is gebaat bij goede en integere politici. Gelukkig zetten zich iedere dag
vele goede volksvertegenwoordigers en bestuurders actief in voor het lokaal
bestuur en het publiek belang. Kwesties waaraan in de vraag wordt gerefereerd
zijn niet goed voor het openbaar bestuur in het algemeen en de betreffende
gemeente in het bijzonder. Een goed functionerend en integer gemeentebestuur
levert een belangrijke bijdrage aan het vertrouwen van mensen in de politiek.
Daarmee draagt het ook bij aan de legitimiteit van het overheidshandelen. Een
integer en stabiel bestuur is effectiever en efficiënter in staat om de taken uit te
voeren en diensten te leveren waar hun inwoners recht op hebben.
3
Deelt u de mening van de burgemeester van Roermond dat de minister van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties de bevoegdheid zou moeten krijgen om
verdachte lokale politici, lopende de strafzaak, te kunnen schorsen uit hun
bestuursfunctie? Zo ja, hoe gaat u dit bewerkstelligen? Zo nee, waarom niet?
Hierbij moeten we onderscheid maken tussen volksvertegenwoordigers en
bestuurders. De raad kan een wethouder ontslaan om politieke redenen (artikel 49
Gemeentewet), bijvoorbeeld vanwege zijn aandeel in een bestuurlijk conflict, een
integriteitsschending of in het geval van verdenking van enig strafbaar feit. Het is
immers de gemeenteraad die wethouders benoemt, hun functioneren beoordeelt
en om hem moverende redenen ontslaat. Bij het verrichten van een verboden
handeling door een raadslid, geldt dat de raad betrokkene van zijn lidmaatschap
vervallen kan verklaren (artikel X8 Kieswet). Daar kan de raad toe overgaan na
schorsing van betrokkene door de voorzitter of ambtshalve. Het is de vraag of er
meer dan wel andersoortige gedragingen grond zouden moeten kunnen vormen
voor schorsing van een volksvertegenwoordiger. In mijn brief aan de Kamer inzake
versterking integriteit lokaal bestuur en aanpak aanhoudende bestuurlijke
problemen heb ik aangekondigd dat ik dit de komende tijd ga onderzoeken. Een
verdergaande stap is de reeds bestaande mogelijkheid tot ontzetting uit het
kiesrecht door de strafrechter of het verbod om een bestuurlijke functie uit te
oefenen. Ik zal, zoals eveneens in mijn brief aangekondigd, mede in overleg met
de minister van Justitie en Veiligheid, nagaan wat de mogelijkheden zijn om de
grondslagen voor ontzetting uit het kiesrecht en het verbod op het uitoefenen van
een bestuurlijke functie te verruimen. Dat zal ten aanzien van ontzetting uit het
kiesrecht ook de vraag omvatten of de grondwettelijke eis van een daadwerkelijk
opgelegde vrijheidsstraf van tenminste een jaar (artikel 54, tweede lid, Grondwet)
aanpassing behoeft.
4
Biedt de Gemeentewet en het Beleidskader spontane vernietiging (Kamerstuk
30300-VII, nr. 75) u mogelijkheden om een benoeming van een, van corruptie
verdachte, lokale bestuurder ongedaan te maken? Zo ja, waarom? Hoe vaak is er
in het verleden van die mogelijkheid gebruik gemaakt en in welke concrete
gevallen? Zo nee, waarom niet?
Onder omstandigheden kunnen beslissingen van gemeentelijke bestuursorganen
die in strijd zijn met het recht of met het algemeen belang, door mij bij de Kroon
worden voorgedragen voor schorsing en/of vernietiging. Het daarvoor toepasselijk
beleidskader is het Beleidskader schorsing en vernietiging zoals dat geldt sinds de
Wet revitalisering generiek toezicht. Op basis van het wettelijk kader1
en dat
beleidskader geldt het volgende. Bij strijd met het recht zijn er juridische
argumenten aan de orde. De beslissing is dan in strijd met hoger recht,
bijvoorbeeld een wet, een verdrag of een algemeen rechtsbeginsel. Bij strijd met
het algemeen belang gaat het met name om beleidsmatige argumenten. Er is
bijvoorbeeld een belang in het geding dat uitstijgt boven het belang dat de
gemeente met de beslissing beoogde te dienen en dat zich tegen de betreffende
beslissing verzet. De benoeming van een wethouder kan in dat licht in aanmerking
komen voor een voordracht voor vernietiging. Vernietiging door de Kroon van een
benoemingsbesluit tot wethouder heeft nog nooit plaatsgevonden.
5
Deelt u de mening dat het nodig is om nog voor de komende
gemeenteraadsverkiezingen uw plannen over de mogelijkheden van interventies
in bestuurlijke kwesties in gemeenten bekend te maken? Zo ja, op welke termijn
gaat u dit doen? Zo nee, waarom niet?
Zoals toegezegd in mijn uitstelbericht van 9 februari jl. heb ik gelijktijdig met de
beantwoording van deze vragen mijn brief inzake versterking van de integriteit
van het lokaal bestuur en de aanpak van aanhoudende bestuurlijke problemen
aan uw Kamer gezonden. In deze brief zet ik mijn plannen uiteen.
1 Artikel 132, vierde lid, van de Grondwet in samenhang met hoofdstuk XVII van de
Gemeentewet alsmede titel 1.1 en titel 10.2 van de Algemene wet bestuursrecht.