1317
Vragen van het lid Groothuizen (D66) aan de Staatssecretaris van Justitie en
Veiligheid over het bericht «Marine (19) wil officier van justitie worden, maar
waar blijft haar paspoort?» (ingezonden 30 januari 2018).
Antwoord van Staatssecretaris Harbers (Justitie en Veiligheid) (ontvangen
1 maart 2018).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Marine (19) wil officier van justitie worden,
maar waar blijft haar paspoort?»?1
Ja.
Vraag 2
Bent u van mening dat kinderen en jongvolwassenen die onder het generaal
pardon vallen voldoende kansen moeten krijgen om als Nederlander aan
onze maatschappij bij te dragen.
Ja.
Vraag 3
Klopt het dat van de 27.000 vreemdelingen die onder het pardon vielen, het
nog niet bij de helft gelukt is het Nederlanderschap te verkrijgen?
Van de personen die zijn gestart met een verblijfsvergunning op grond van
de regeling ter afwikkeling van de nalatenschap van de oude Vreemdelingenwet
(Ranov) is op 31 december 2017 inmiddels 48% Nederlander. Ook op
31 december 2017 is nog 45% (afgerond 12.910 personen) in Nederland
woonachtig met een verblijfsvergunning. De meerderheid daarvan heeft een
verblijfsvergunning op grond van de regeling, terwijl een kleine minderheid
een verblijfsvergunning regulier voor onbepaalde tijd heeft. Daarnaast is van
de oorspronkelijke groep ranov-vergunninghouders volgens de basisregistra1
tie personen 3% vertrokken naar een onbekende bestemming, 1% met
opgave van adreswijziging naar het buitenland vertrokken en 1% overleden.
Van 1% van de oorspronkelijke groep is in de loop van de tijd het verblijfsrecht
ingetrokken.
Vraag 4
Hoe gaat u de uitvoering van de aanbeveling van de Nationale ombudsman
om communicatie tussen gemeenten en de Immigratie- en Naturalisatiedienst
(IND) te verbeteren monitoren, zoals aangekondigd in uw reactie op de
aanbeveling van de Nationale ombudsman? Op welke termijn worden van
deze verbetering de resultaten verwacht?
Zoals ik in mijn reactie van 27 november 2017 aan de Nationale ombudsman
heb aangegeven, is het belangrijk dat het voor medewerkers van een
gemeente, mede met het oog op deskundigheidsbevordering, mogelijk is om
de IND te benaderen voor het stellen van inhoudelijke vragen aan gespecialiseerde
naturalisatiemedewerkers, ook voor vragen over zaken waar bewijsnood
aan de orde kan zijn. Ik heb daarom de – al bestaande – instructie voor
medewerkers van de ketenservicelijn om bij inhoudelijke vragen door te
verbinden met een gespecialiseerde medewerker nogmaals onder de
aandacht gebracht.
Medewerkers van gemeenten kunnen ook per mail aan gespecialiseerde
IND-medewerkers vragen te stellen. De gemeenten zijn daarover geïnformeerd
via de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken (NVVB) die onder
andere op het gebied van naturalisatie de belangen behartigt van de
aangesloten Nederlandse gemeenten.
In het periodiek overleg met de NVVB wordt besproken hoe de onderlinge
communicatie verder kan verbeteren en kan bijdragen aan de deskundigheidsbevordering
bij gemeenten, om de potentiële naturalisatieverzoeker zo
vroeg mogelijk de juiste informatie te kunnen geven.
De IND website bevat al een paar jaar informatie voor vreemdelingen die
willen naturaliseren, maar mogelijk niet over de juiste bewijsstukken
beschikken. Hier is voor een aantal landen concrete informatie te vinden over
welke documenten uit een bepaald land worden verwacht in de naturalisatieprocedure
en waar die documenten kunnen worden verkregen. Daarnaast
staat er algemene informatie over niet-erkende staten en is er informatie te
vinden over te overleggen documenten voor staatloze vreemdelingen en voor
meenaturaliserende minderjarigen. De informatie op de website van de IND
wordt up-to-date gehouden en waar mogelijk uitgebreid. De website is
raadpleegbaar door medewerkers van gemeenten, die advies willen geven
aan hun klanten, die Nederlander willen worden.
Op termijn kan een verbeterde digitalisering de gemeenten ook helpen om de
juiste informatie (waaronder bewijsnood-documenten) aan te leveren aan de
IND. Om dat te realiseren is de IND in samenwerking met een aantal
gemeenten sinds kort een project gestart.
Vraag 5
Is het waar dat binnen het kader van de Rijkswet op het Nederlanderschap
het kennelijk belang van de minderjarige niet doorslaggevend kan zijn maar
wel zwaarder zou kunnen worden gewogen?
Het wettelijk stelsel voor naturalisatie is dat een legaal in Nederland
verblijvend minderjarig kind meenaturaliseert met de naturaliserende
ouder(s). Dit betekent dat een meerderjarige vreemdeling een hemzelf
betreffend naturalisatieverzoek indient en daarbij zijn legaal in Nederland
woonachtige minderjarige kind(eren) opgeeft voor de zogenaamde medenaturalisatie.
Een minderjarige kan niet een eigen naturalisatieverzoek indienen.
Aan een minderjarige kan volgens het wettelijk stelsel geen medenaturalisatie
worden verleend als het hoofdverzoek om naturalisatie van de ouder moet
worden afgewezen. Dit betekent dat als de ouder niet wordt genaturaliseerd,
een verzoek tot medenaturalisatie ook wordt afgewezen.
Zonder het opzij zetten van op dit moment aan de ouder gestelde voorwaarden
voor naturalisatie, is het niet mogelijk om vanwege een bepaald belang
van de minderjarige deze minderjarige mee te naturaliseren.
https://www.trouw.nl/home/marine-19-wil-officier-van-justitie-worden-maar-waar-blijft-haarpaspoort-~a2b6263d/