Antwoorden van de Minister voor Buitenlandse Handel en
Ontwikkelingssamenwerking op vragen van
Alkaya (SP) over het rapport ’50 jaar ISDS’.
Vraag 1
Wat is uw oordeel over het rapport '50 jaar ISDS'? Kunt u in uw antwoord reageren
op de afzonderlijke conclusies uit het rapport? 1)
Investeringsakkoorden dragen bij aan het investeringsklimaat van de
verdragsluitende partijen. Investeringsakkoorden zijn een instrument ter
versterking van goed bestuur. Investeringsakkoorden kunnen zo buitenlandse
investeerders over de streep trekken om langdurig in een land te investeren waar
nationale wetgeving en instituties in hun ogen onvoldoende rechtszekerheid
bieden. Het land van vestiging profiteert hiervan doordat de investering kan leiden
tot extra werkgelegenheid en het aantrekken van kennis en innovatie. Dit is met
name van belang voor ontwikkelingslanden, waar het binnenhalen van private
investeringen onontbeerlijk is voor het behalen van de Sustainable Development
Goals.
Tegelijkertijd erkent het kabinet enkele zorgen ten aanzien van de (eerder
gesloten) huidige Nederlandse investeringsakkoorden. Het kabinet zet zich daarom
in om de Nederlandse investeringsakkoorden te moderniseren. In lijn met de
toezegging aan uw Kamer (Kamerstuk 21501-02, nr. 1481) werkt het kabinet aan
een nieuwe modeltekst. Deze modeltekst zal de inzet vormen om de Nederlandse
bilaterale investeringsakkoorden te heronderhandelen. Hiermee zal Nederland ook
voldoen aan het verzoek van enkele verdragspartners om een bilateraal
investeringsakkoord te heronderhandelen.
De nieuwe modeltekst zal onder andere brievenbusmaatschappijen uitsluiten van
bescherming, de bescherming voor investeerders verduidelijken, het recht van
overheden om te reguleren expliciteren, internationale afspraken over
duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen herbevestigen, en
zorgen voor een transparante wijze van geschillenbeslechting waarin derde
partijen zoals NGO’s een rol hebben. In lijn met de motie Hijink (Kamerstuk 21
501-02, nr. 1755) zal het kabinet de nieuwe modeltekst openbaar maken voordat
het start met de heronderhandeling van investeringsakkoorden.
Investeringsakkoorden zijn volgens het kabinet vooral relevant met landen waar
nationale wetgeving en instituties onvoldoende rechtszekerheid bieden (zie ook
Kamerstuk 21 501-02, nr. 1806). Het kabinet onderzoekt samen met andere EUlidstaten
en de Europese Commissie de mogelijkheden om de
investeringsakkoorden met andere EU-lidstaten op een ordelijke manier op te
zeggen zonder dat afbreuk wordt gedaan aan de rechten en plichten van
investeerders (zie ook antwoord op schriftelijke vragen van het lid Jasper van Dijk
van 6 juni 2016 (2016D22912).
Vraag 2
Deelt u de mening dat Investor-State Dispute Settlement (ISDS) “een politiek
machtsmiddel” is geworden “voor multinationals om hun zin te krijgen bij
overheden”? (2) Zo nee, kunt u uw antwoord onderbouwen? Zo ja, erkent u dan
dat ISDS heeft bijgedragen aan het vergroten van de ongelijkheid in de wereld,
door internationale investeerders meer macht te geven ten koste van overheden?
Het kabinet ziet ISDS niet als “een politiek machtsmiddel voor multinationals om
hun zin te krijgen bij overheden”. Het kabinet ziet investeringsakkoorden als een
waarborg voor stabiel en betrouwbaar overheidsbeleid, als een stimulans voor
werkgelegenheid, en als een mogelijkheid om bedrijven op hun maatschappelijke
verantwoordelijkheid te wijzen wanneer zij investeren in het buitenland.
Vraag 3
Vindt u het ook zo schokkend dat 84% van de zogenaamde “Nederlandse
investeerders” buitenlandse bedrijven betreft, die bovendien voor het merendeel
gebruik maken van brievenbusfirma’s? (1) Erkent u dat Nederland via het systeem
van brievenbusfirma’s niet alleen grootschalige belastingontwijking, maar ook
misbruik van investeringsverdragen faciliteert? Zo nee, kunt u uw antwoord
onderbouwen?
Vraag 23
Welke maatregelen bent u bereid te treffen om ervoor te zorgen dat Nederland
ophoudt langer een hub te zijn voor bedrijven van waaruit zij wereldwijd claims
indienen tegen overheden?
Antwoord vragen 3 en 23
Het kabinet vindt het wenselijk dat enkel investeerders die substantiële
bedrijfsactiviteiten in Nederland verrichten, gebruik kunnen maken van
Nederlandse investeringsakkoorden. Het kabinet zal daarom pogen
brievenbusmaatschappijen uit te sluiten van bescherming.
Vraag 4
Deelt u de volgende opvatting: “Nederland is zo populair door het grote aantal
handelsverdragen dat het heeft met andere landen en doordat veel bedrijven hier
om fiscale redenen toch al een vestiging hebben”? (3) Zo ja, waarom? Zo nee,
waarom niet?
Nederland wordt door bedrijven gezien als een aantrekkelijke vestigingsplaats. Het
kabinet beschouwt dat als positief. Verschillende factoren dragen hieraan bij zoals
een kwalitatief onderscheidend civielrechtelijk stelsel en bijbehorende
rechtspleging, hoogopgeleide en internationaal georiënteerde werknemers en een
goede infrastructuur.
Vraag 5
Klopt het dat multinationals meer dan 100 miljard dollar hebben geclaimd door
gebruik te maken van Nederlandse handelsverdragen? (1) Hoeveel miljard van dit
bedrag is daadwerkelijk uitgekeerd?
Nederland is geen partij geweest bij deze procedures en heeft daar geen volledig
overzicht van. Op verzoek van het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft
UNCTAD in 2013 onderzoek verricht naar het gebruik van Nederlandse
investeringsakkoorden.1
Uit het onderzoek blijkt dat een groot verschil kan zitten
tussen de hoogte van een claim en het daadwerkelijk toegekende bedrag. Uit dit
onderzoek blijkt voorts dat de toegekende schadevergoeding onder Nederlandse
investeringsakkoorden loopt van 0,5 miljoen USD en 270 miljoen USD.
Vraag 6
Deelt u de analyse dat Nederland zo populair is geworden als claimland door de
ruime definitie van “investeer” die gehanteerd wordt in onze bilaterale
handelsverdragen (BITs)? (1)
De definitie van investeerder onder Nederlandse investeringsakkoorden is
vergelijkbaar met de definitie van investeerder onder veel andere
investeringsakkoorden. In de nieuwe modeltekst zal de definitie van investeerder
echter worden aangescherpt, onder andere door brievenbusmaatschappijen uit te
sluiten van bescherming.
Vraag 7
Hoe verklaart u dat de claims tegen lidstaten van de Europese Unie (EU) in de
afgelopen vijf jaar met 150 procent toenamen, en in de rest van de wereld met 50
procent? (1)
Het kabinet heeft daar geen verklaring voor.
Vraag 8
Waarom beëindigt u de BITs die Nederland met andere EU-lidstaten heeft
afgesloten niet, aangezien er sprake is van een interne markt en aangezien de
bevoegdheid om handelsverdragen af te sluiten bij de Europese Commissie ligt?
Het kabinet onderzoekt samen met andere EU-lidstaten en de Europese
Commissie de mogelijkheden om de investeringsakkoorden met andere EUlidstaten
op een ordelijke manier op te zeggen zonder dat afbreuk wordt gedaan
aan de rechten en plichten van investeerders (zie ook antwoord op schriftelijke
vragen van het lid Jasper van Dijk van 6 juni 2016 (2016D22912).
Vraag 9
Erkent u dat de vraag of investeringsverdragen leiden tot meer investeringen niet
eenduidig beantwoord kan worden? Welke consequenties verbindt u hieraan,
gegeven het feit dat Nederland zo’n 90 investeringsverdragen heeft?
De beslissing om in een land te investeren wordt gemaakt op basis van
verschillende factoren. Het bestaan van een bilateraal investeringsakkoord kan
daar een van zijn maar staat nooit op zichzelf. Het CPB heeft in 2015 onderzoek
gedaan naar de bredere effecten van investeringsakkoorden op de hoogte van de
buitenlandse directe investeringen. Het CPB concludeert hierin dat de
inwerkingtreding van een investeringsakkoord de bilaterale directe investeringen
met gemiddeld 35% doet toenemen, waarbij regionale verschillen bestaan.2
Vraag 10
Wanneer wordt het nieuwe model-BIT naar de Tweede Kamer gestuurd, conform
uw toezegging? Hoe komt het nieuwe model-BIT tegemoet aan de bezwaren tegen
de huidige variant, waarbij buitenlandse investeerders zeer veel privileges
genieten?
Het kabinet legt de laatste hand aan de nieuwe modeltekst. De nieuwe modeltekst
zal tegemoetkomen aan de zorgen ten aanzien van de verouderde Nederlandse
bilaterale investeringsakkoorden. De nieuwe modeltekst zal onder andere
brievenbusmaatschappijen uitsluiten van bescherming, de bescherming voor
investeerders verduidelijken, het recht van overheden om te reguleren
expliciteren, internationale afspraken over duurzaamheid en maatschappelijk
verantwoord ondernemen herbevestigen, de transparantie in
geschillenbeslechting te vergroten, en derde partijen als amicus curiae een rol
geven in procedures.
Vraag 11
Deelt u de opvatting dat investeringsverdragen op zijn minst ook bepalingen
zouden moeten bevatten die investeerders verplichten tot het naleven van
bepaalde universele waarden, zoals mensenrechten en milieunormen, evenals
sancties jegens investeerders die deze principes ondermijnen?
De nieuwe Nederlandse modeltekst zal internationale afspraken over
duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen herbevestigen.
Daarnaast beoogt de modeltekst het mogelijk maken het handelen van de
investeerder mee te wegen, bijvoorbeeld waar het gaat om het naleven van de
mensenrechten.
Vraag 12
Is er een schikking getroffen tussen de Nederlandse staat en Ping An als gevolg
van de nationalisatie van Fortis?
Er is geen schikking getroffen tussen de Nederlandse staat en Ping An als gevolg
van de nationalisatie van Fortis.
Vraag 13
Deelt u de mening van de Roemeense overheid dat het bedrijf Rompetrol misbruik
maakte van het BIT tussen Nederland en Roemenië? Zo ja, welke conclusies trekt u
hieruit? Zo nee, kunt u uw antwoord onderbouwen? (1)
Het kabinet kan niet ingaan op juridische procedures waar Nederland geen partij
bij is. Ten overvloede wijst het kabinet erop dat de claim van het bedrijf Rompetol
tegen de Roemeense overheid is afgewezen.
Vraag 14
Hoe oordeelt u over de Cooperation and Investment Facilitation Agreements
(CFIAs) die Brazilië afsluit in plaats van BITs?
De Cooperation and Investment Facilitation Agreements die Brazilië afsluit bieden
buitenlandse investeerders niet de gewenste minimumbescherming maar
betreffen enkel investeringsfacilitatie. Nederland en de Europese Unie zetten zich
samen met Brazilië op multilateraal niveau in voor afspraken over
investeringsfacilitatie.
Vraag 15
Wat leert u van de manier waarop India en Indonesië hun BITs herzien, waarbij ze
meer eisen stellen aan investeerders?
Indonesië en India hebben hun investeringsakkoorden met Nederland beëindigd.
De gesprekken tussen de Europese Unie en India over een handels- en
investeringsakkoord zijn onlangs weer opgestart. De Europese Commissie heeft
het mandaat gekregen om met Indonesië te onderhandelen over
investeringsafspraken. Nu de Europese Unie zal onderhandelen over
investeringsafspraken met India en Indonesië kan Nederland niet tegelijkertijd
onderhandelen met deze landen over een bilateraal investeringsakkoord.
Een aantal aspecten in de nieuwe Indiase modeltekst zullen terugkomen in de
nieuwe Nederlandse modeltekst. Zo expliciteert de Indiase modeltekst het recht
van overheden om te reguleren en worden de standaarden voor
investeringsbescherming verduidelijkt. Hetzelfde geldt voor een groot aantal
verbeteringen in de geschillenbeslechtingsprocedure, zoals het uitsluiten van
frivole claims en het opnemen van een gedragscode voor arbiters. Het kabinet is
geen voorstander van sommige andere aspecten van de Indiase modeltekst, zoals
de verplichting om eerst vijf jaar de nationale rechtsgang te doorlopen en de
beperkte eisen op het gebied van transparantie. Voor zover bekend is de nieuwe
modeltekst van Indonesië nog niet gepubliceerd.
Vraag 16
Bent u bereid om een voorbeeld te nemen aan landen als Nigeria en Marokko, die
een verdrag met elkaar hebben afgesloten waarbij investeerders meer
verplichtingen krijgen ten aanzien van de bescherming van mensenrechten, arbeid
en het milieu, en bij dienen te dragen aan duurzame ontwikkeling van het gastland
en de lokale bevolking?
Het investeringsakkoord tussen Nigeria en Marokko is op 3 december 2016
ondertekend maar nog niet in werking getreden. Doelstelling van het
investeringsakkoord tussen Nigeria en Marokko is om een evenwichtige balans te
vinden tussen de rechten en verplichtingen van investeerders en de rechten en
verplichtingen van staten. Deze doelstelling ligt eveneens ten grondslag aan de
nieuwe Nederlandse modeltekst. Deze nieuwe modeltekst zal bijvoorbeeld, net als
het akkoord tussen Nigeria en Marokko, internationale duurzaamheidsafspraken
herbevestigen en het recht van overheden om te reguleren expliciteren. Het is
daarnaast evident dat buitenlandse investeerders zich dienen te houden aan de
regels op het gebied van milieu en werk zoals die gelden in het gastland.
Vraag 17
Welke gevallen zijn er bekend van zaken aangespannen via een Nederlands
investeringsverdrag waarbij overheidsbeleid is teruggedraaid, dan wel een
uitzondering voor bepaald beleid is bedongen voor een buitenlandse investeerder?
Indien deze gegevens niet beschikbaar zijn, deelt u de mening dat dit
zorgwekkend is en dat het goed zou zijn als hier onderzoek naar komt?
Nederland is geen partij geweest bij de onder Nederlandse investeringsakkoorden
aangespannen zaken. Het kabinet is dan ook niet bekend met zaken die zijn
aangespannen via een Nederlands investeringsakkoord waarbij overheidsbeleid is
teruggedraaid, dan wel een uitzondering voor bepaald beleid is bedongen voor
een buitenlandse investeerder. In een op verzoek van het Ministerie van
Buitenlandse Zaken verricht onderzoek, kon het bestaan van een zogenaamde
“regulatory chill” niet worden aangetoond.3
Eventuele risico’s daarop kunnen
worden weggenomen door het verduidelijken van investeringsstandaarden en het
expliciteren van het recht van overheden om te reguleren. De nieuwe modeltekst
zal hierin voorzien.
Vraag 18
Deelt u de opvatting dat dezelfde bezwaren gelden jegens zowel het Investment
Court System (ICS) als het Multilateral Investment Court (MIC) als tegen ISDS?
Kunt u uw antwoord onderbouwen?
Het kabinet is van mening dat het Investment Court System en een multilateraal
investeringshof tegemoetkomen aan de zorgen ten aanzien van het oude ISDSmechanisme.
Het Investment Court System zorgt onder andere voor transparante
procedures, waarborgt het recht van overheden om te reguleren in het publiek
belang, sluit brievenbusmaatschappijen uit van bescherming, verduidelijkt de
bescherming voor investeerders, en garandeert onpartijdige en onafhankelijke
rechtspraak. Een multilateraal investeringshof zou een nog verdere verbetering op
het terrein van onder andere de onafhankelijkheid en consistentie van de
rechtspraak betekenen.
Vraag 19
Deelt u de mening dat het onaanvaardbaar is dat claims die worden behandeld
door private investeerdersbelangenbehartigers achter gesloten deuren
plaatsvinden, terwijl het wel zaken betreft die jegens overheden worden
aangespannen? Kunt u uw antwoord onderbouwen?
Het kabinet is voorstander van transparante procedures. Dat is nu nog niet altijd
het geval. Daarom zet het kabinet zich in voor modernisering. In de nieuwe EUinzet
wordt verwezen naar de UNCITRAL Transparency Rules, die transparante
procedures garanderen. De nieuwe Nederlandse modeltekst zal hier ook naar
verwijzen. Ook een nog op te richten multilateraal investeringshof moet
transparante procedures garanderen.
Vraag 20
Hoe kunnen handels- en investeringsakkoorden zoals die tussen de EU en Canada
(CETA) of de Verenigde Staten (TTIP) in de toekomst tussentijds worden aangepast
bij nieuwe inzichten en/of gewijzigde politieke verhoudingen, gegeven het feit dat
dergelijke verdragen voor onbepaalde tijd worden afgesloten?
Er bestaat geen handels- en investeringsakkoord tussen de EU en de VS. Het
handels- en investeringsakkoord tussen de EU en Canada is ondertekend op 30
oktober 2016. Het akkoord moet nog worden geratificeerd door alle
verdragspartijen, waaronder Nederland, voordat het in werking kan treden. CETA
kan door partijen gewijzigd worden overeenkomstig artikel 30.2 van het akkoord.
Een wijziging van het akkoord treedt in werking, nadat partijen hun interne
procedures hebben doorlopen. In Nederland zijn de procedures vastgelegd in de
Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen. Voor de EU zijn de procedures
vastgelegd in het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie.
Vraag 21
Hoe oordeelt u over een private verzekering voor investeerders om
investeringsrisico’s af te dekken als alternatief voor investeerdersbescherming
zoals geborgd door ISDS, ICS of het MIC? Bent u bereid zich in internationaal
verband in te spannen om dergelijke beschermingsconstructies voor bedrijven te
promoten? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
Investeringsakkoorden dragen bij aan het investeringsklimaat van de
verdragsluitende partijen. Investeringsakkoorden zijn een instrument ter
versterking van goed bestuur. Investeringsakkoorden kunnen zo buitenlandse
investeerders over de streep trekken om langdurig in een land te investeren waar
nationale wetgeving en instituties in hun ogen onvoldoende rechtszekerheid
bieden. Een private verzekering biedt geen alternatief voor een gebrek aan
rechtszekerheid en zou daarnaast vanwege de eventuele hoogte van de
verzekeringspremie juist een belemmering vormen voor het doen van
investeringen. Juist ontwikkelingslanden kunnen daardoor getroffen worden,
aangezien private investeringen essentieel zijn voor het halen van de Sustainable
Development Goals.
Vraag 22
Gegeven uw uitspraak “(m)aar zouden we nú met Canada een onderhandeling
beginnen dan zou investeringsbescherming of geschillenbeslechting niet in het
akkoord worden opgenomen”, wat betekent dit voor uw houding ten aanzien van
investeerdersbescherming in nieuwe investeringsverdragen? 3)
Investeringsbescherming is volgens het kabinet vooral relevant in akkoorden met
landen waar nationale wetgeving en instituties onvoldoende rechtszekerheid
bieden (zie ook Kamerstuk 21 501-02, nr. 1806). De Nederlandse
investeringsakkoorden zijn voornamelijk gesloten met landen waar dat niet het
geval is. Wel hebben de onderhandelingen tussen de EU en Canada, twee
gelijkgestemde democratieën, geleid tot het ontwikkelen van een nieuwe
standaard voor investeringsakkoorden die mondiaal toepasbaar is.
1 http://investmentpolicyhub.unctad.org/Upload/Documents/treaty-based-isds-casesbrought-under-dutch-iias-an-overview.pdf.
2 CPB Discussion Paper 298, The Regional Impact of Bilateral Investment Treaties on Foreign
Direct Investment.
3 Studie uit 2014 van Prof. Dr. Tietje, Ass. Prof. Dr. Baetens en Ecorys:
http://media.leidenuniv.nl/legacy/the-impact-of-investor-state-dispute-settlement-isds-in-thettip.pdf.