2017Z15869
Vragen van het lid Özdil (GroenLinks) aan de minister van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid over het bericht “Meer jonge moslims leven naar strikte
islamitische regels. Dreigt segregatie?” (ingezonden 21 november 2017).
1
Bent u op de hoogte van de reportage “Meer jonge moslims leven naar
strikte islamitische regels. Dreigt segregatie?”? 1)
Ja.
2
Herkent u het beeld uit de reportage dat steeds meer jonge Nederlandse
moslims naar strikt islamitische regels (willen) leven, zoals ook
bevestigd in wetenschappelijk onderzoek? 2)
Uit de studie van het SCP naar ‘Moslims in Nederland’ uit 2012 blijkt dat moslims
meer aandacht besteden aan hun geloof. De tweede generatie migranten gaat
bijvoorbeeld gemiddeld vaker naar de moskee dan voorheen. Ook constateert het
SCP een relatief hoge mate van religiositeit bij moslims in Nederland. Binnen deze
brede context van de positie van moslims in Nederland is er ook een beperkt
aantal mensen die kiezen voor een zeer strikte of fundamentalistische
interpretatie van de islam.
Vanuit de in Nederland geldende vrijheid van geloof houdt de overheid niet bij
hoeveel jonge Nederlandse moslims naar strikt islamitische regels (willen) leven.
Daar waar sprake is van niet-strafbaar, maar wel problematisch gedrag of van
wetsovertredingen grijpt de overheid in.
3
Vindt u dat u de oproepen tot afzondering tegen “het gif van de moderne
maatschappij” door orthodox-islamitische predikers bevorderlijk zijn
voor de integratie en emancipatie van jonge Nederlanders met een
migratieachtergrond?
Nee, ik vind het belangrijk dat iedereen meedoet in de samenleving, ongeacht
achtergrond of geloof. Ik beschouw het aanzetten van anderen tot afzijdigheid van
de maatschappij dan ook als problematisch vanuit het integratieperspectief.
4
Hoe kwalificeert u de gender-segregatie (in de reportage is te zien hoe
zelfs op de Vrije Universiteit Amsterdam vrouwen achter mannen moeten
zitten) tijdens bijeenkomsten waar orthodox-islamitische predikers
jongeren indoctrineren? Vindt u dat patriarchale gender-segregatie niet
bevorderlijk is voor de integratie van jonge Nederlanders met een
migratieachtergrond? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
Waar het mij om gaat is dat in Nederland mannen en vrouwen gelijkwaardig zijn.
Vanuit integratieperspectief vind ik het van belang dat er sprake is van
ontmoetingen en contact op basis van gelijkwaardigheid.
In dit specifieke geval gaat het om een bijeenkomst op een universiteit waar zowel
vrouwen als mannen aan deelnemen, maar waarbij de vrouwen achter de mannen
plaatsnemen. De universiteit verbiedt seksesegregatie in ruimtes die worden
gehuurd. Dit is moeilijk als vrouwen en mannen vrijwillig apart van elkaar gaan
zitten. Wanneer de universiteit daar signalen over ontvangt, gaat men met de
betreffende zaalhuurder in gesprek.
5
Wat vindt u van de indoctrinatie tegen elke vorm van muziek tijdens
diezelfde bijeenkomsten? Vindt u dat in een samenleving met een
publieke ruimte waar overal muziek te horen is, dit neerkomt op een
oproep tot segregatie? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
Zoals bij vraag 3 genoemd biedt onze democratische en pluriforme samenleving
ruimte aan een grote diversiteit van (godsdienstige) beschouwingen, opvattingen,
waardepatronen en leefstijlen. Mijn inziens betekent dit dat je muziek categorisch
mag afkeuren in je eigen omgeving of privé-domein, zolang de vrijheid van
anderen in de samenleving om muziek te luisteren in de publieke ruimte maar niet
wordt beperkt.
6
Bent u bereid te (laten) onderzoeken welke sociale druk de opmars van
de orthodoxe c.q. salafistische islam legt op jonge Nederlandse moslims
die zichzelf op een gematigde, seculiere of niet-religieuze manier willen
ontwikkelen in de samenleving? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
In eerdere publicaties van onder meer de AIVD en de NCTV is vastgesteld dat de
relatieve professionaliteit van Salafistische organisaties bijdraagt aan hun invloed
op sommige, meest kwetsbare groepen. Het WODC onderzoek van 11 september
2017, waarnaar u in uw tweede vraag verwijst, laat zien dat Salafistische imams
en predikers bijzondere aandacht hebben voor jongeren. Sommige jonge
Nederlandse Moslims zijn kwetsbaar voor invloeden die hun participatie in de
Nederlandse samenleving onder druk zetten. Het is van groot belang dat jongeren
daartegen weerbaar zijn en dat jongeren in staat zijn eigen keuzes te maken. Het
vergroten van de weerbaarheid van jongeren is onder meer onderdeel van de
opvolging van het bestuurlijke overleg met de meest betrokken gemeenten dat in
april jl. heeft plaatsgevonden.
1) https://nos.nl/nieuwsuur/artikel/2203660-meer-jonge-moslims-leven-naarstrikte-islamitische-regels-dreigt-segregatie.html
2) WODC (11 september 2017) https://www.wodc.nl/onderzoeksdatabase/2739-
salafistische-moskeeorganisaties-in-nederland.aspx