Antwoorden van de Minister voor Buitenlandse Handel en
Ontwikkelingssamenwerking op vragen van
Becker (VVD) over Het bericht ‘EU-exportsancties Rusland te onduidelijk’.
Vraag 1
Kent u het bericht ‘EU-exportsancties Rusland te onduidelijk’? 1)
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat de export naar Rusland in de eerste helft van het jaar met 35% is
toegenomen? Hoeveel van deze toename is afkomstig van het midden- en
kleinbedrijf (mkb)?
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vermeldt in een persbericht van 2
oktober 2017. dat de export naar Rusland in de eerste zeven maanden van 2017 is
toegenomen naar bijna 3,2 miljard euro. Dat is 35 procent meer dan in dezelfde
periode vorig jaar. Ondanks de groei is de exportwaarde van goederen nog altijd
20 procent lager dan in 2013. Het belang van Rusland in de export van Nederland
is afgenomen. Was Rusland in waarde nog de tiende exportbestemming in 2013,
inmiddels is het land gezakt naar plaats 15. In 2016 exporteerden bijna 3.000
bedrijven naar Rusland. Dat is een kwart minder dan in 2013. Vanuit Russisch
perspectief daalde het importaandeel van goederen afkomstig uit Nederland van
1,9 procent in 2013 naar 1,7 procent in 2016. Mogelijk spelen hier ook de
Russische tegenmaatregelen een rol.
Het CBS heeft geen gegevens over het aandeel van het midden- en kleinbedrijf.
https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2017/40/export-naar-rusland-neemt-toe
Vraag 3
Kunt u aangeven hoe ondernemers momenteel vanuit de overheid worden
geholpen met informatie over export naar sanctielanden en welke rol de
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) hierin speelt?
Ik onderstreep het belang van adequate informatievoorziening met betrekking tot
sanctiemaatregelen. Verschillende overheidsorganisaties werken hierin samen,
zoals het ministerie van Buitenlandse Zaken, de Rijksdienst voor Ondernemend
Nederland (RVO), de Kamer van Koophandel, de Douane, brancheorganisaties en
de ambassades wereldwijd. De overheid gebruikt daarvoor verschillende kanalen:
websites, apps (NL exporteert), informatiebijeenkomsten en directe contacten met
individuele bedrijven. Voor de handel met Rusland en Iran zijn handboeken met
een uitleg van de respectievelijke sanctieregelingen samengesteld. Regelmatig
organiseert het ministerie van Buitenlandse Zaken seminars over dit onderwerp.
De RVO heeft een speciaal sanctieloket. In 2016 beantwoordde dit loket ruim 300
vragen van ondernemers over de sancties Rusland.
Daarnaast kunnen bedrijven hun voorgenomen transacties bij de Douane laten
toetsen aan sanctiewetgeving via zogeheten indelingsverzoeken of sondages.
Vraag 4
Herkent u het beeld dat veel bedrijven, en met name in het mkb, niet goed weten
wat ze wel en niet naar Rusland mogen exporteren en dat dit mede wordt
veroorzaakt doordat informatie niet eenvoudig voor bedrijven toegankelijk is?
Aan een goede informatievoorziening aan bedrijven wordt continue gewerkt.
Sanctieregelgeving is immers lastige materie. In het beeld dat de informatie niet
eenvoudig toegankelijk is herkent het kabinet zich echter niet. De overheid doet
veel aan voorlichting en vraagbeantwoording om de regelgeving met betrekking
tot sancties toe te lichten. Zie ook het antwoord op vraag 3.
Vraag 5
Herkent u het beeld dat met name voor het mkb moeilijk te achterhalen is wie de
uiteindelijke eindgebruiker en/of het uiteindelijke eindgebruik van het product in
Rusland is en of sprake is van gesanctioneerde personen en eigendomsstructuren,
terwijl dit wel een verplichting conform de sanctiewet-geving is? Hoe helpt de
overheid deze grote groepen bedrijven dit toch inzichtelijk te maken?
Bij handel in sanctiegoederen zullen Nederlandse bedrijven in eerste instantie zelf
onderzoek moeten doen naar het feitelijke eindgebruik. Ook dienen zij zich bewust
te zijn van geldende sanctieregelgeving. Soms is het lastig om
eigendomsstructuren in kaart te brengen. De Nederlandse ambassade in Moskou
ondersteunt bedrijven met informatie bij het doen van hun onderzoek naar
dergelijke eigendomsstructuren via een zogeheten company check. Zie ook:
https://www.nederlandwereldwijd.nl/landen/rusland/zakendoen/company-check
Het eerste onderzoek door bedrijven kan aanleiding geven voor inschakeling van
verdere, benodigde professionele expertise. Tot slot hebben bedrijven ook een
eigen verantwoordelijkheid in het kader van internationaal maatschappelijk
verantwoord ondernemen
Exportvergunningen worden alleen afgegeven als er voldoende duidelijkheid is
over de eindgebruiker en het voorgenomen eindgebruik.
Vraag 6
Bent u er bekend mee dat mkb-bedrijven vaak geen of moeilijk inzicht hebben in
hoe betaling vanuit Rusland plaatsvindt en welke banken daarbij betrokken zijn?
Klopt het dat Nederlandse banken verplicht zijn dit te controleren, maar de
verantwoordelijkheid veelal bij mkb-bedrijven neerleggen?
Op grond van artikel 4 lid 3 van Verordening 833/2014 (sanctieverordening
Rusland) is voor financiering of financiële bijstand in verband met de in Bijlage II
van deze Verordening genoemde goederen die bestemd zijn voor de aardolieindustrie
een vergunning nodig. Het Europese Hof van Justitie heeft in de Rosneftuitspraak
van 28 maart 2017 (ECLI:EU:C:2017:236) bepaald dat de verwerking van
betalingen die verband houden met deze goederen door een bank of andere
financiële instelling niet onder deze vergunningplicht valt. Er is derhalve geen
aparte vergunning nodig voor de verwerking van deze betalingen, ook niet als dit
gebeurt door een gesanctioneerde Russische bank. Dit betekent dat, wanneer de
te exporteren goederen niet onder de Verordening vallen of indien op grond van
artikel 3 van de Verordening een vergunning voor te exporteren goederen is
afgegeven, Nederlandse banken en/of mkb-bedrijven niet hoeven na te gaan hoe
betaling vanuit Rusland plaatsvindt en welke banken daarbij betrokken zijn.
Vraag 7
Klopt het dat het handboek Rusland verouderd is en de criteria voor de toetsing op
een vergunning voor Rusland niet van tevoren voor ondernemers inzichtelijk zijn?
Zo ja, waarom is dat niet op orde?
Nee, dit klopt niet. De informatie in het handboek is correct. Het handboek is
recentelijk niet actief aangepast omdat de sancties Rusland inhoudelijk gelijk
gebleven zijn.
Vraag 8
Klopt het dat de doorlooptijden voor een vergunning niet altijd gehaald worden en
kunt u inzichtelijk maken hoeveel aanvragen in 2015, 2016 en 2017 zijn ingediend
voor export naar Rusland en hoe vaak de oorspronkelijke doorlooptijd verlengd
moest worden?
Op grond van de Awb dient er binnen acht weken een besluit te worden genomen
over een vergunningaanvraag. In de periode 2015, 2016 en 2017 (tot medio
november) zijn er in totaal 156 aanvragen voor exportvergunningen van
sanctiegoederen met eindbestemming Rusland in behandeling genomen.
Jaartal Aantal aanvragen % op tijd afgehandeld
2015 69 51%
2016 46 96%
2017 41 91%*
*van de inmiddels afgehandelde aanvragen.
De redenen voor het overschrijden van de behandeltijd zijn divers en soms
technisch van aard. In sommige gevallen gebeurt dit ook in overleg met de
bedrijven zelf.
Jaarlijks worden er ook circa 30 indelingsverzoeken of sondages ingediend. Op die
manier kunnen Nederlandse bedrijven voorgenomen transacties toetsen aan
sanctiewetgeving.
Vraag 9
Deelt u de mening dat het van groot belang is dat het bedrijfsleven profiteert van
de aantrekkende economie en handelskansen moet kunnen grijpen en daarin niet
belemmerd moet worden door een gebrek aan informatie over vergunningscriteria
en/of lange doorlooptijden?
Ja, die mening deel ik, de genoemde belemmeringen zie ik niet. Zie ook de
antwoorden op vragen 3 en 8.
Vraag 10
Bent u bereid zo snel mogelijk de informatievoorziening naar ondernemers en met
name het mkb over sanctielanden, en dus ook het sanctiebeleid voor Rusland, te
verbeteren door bijvoorbeeld een toegankelijke website en/of een app te maken en
er naar te streven alle vergunningsaanvragen tenminste binnen de doorlooptijd af
te handelen? Zo ja, kunt u dit spoedig realiseren en de Kamer informeren over de
voorgenomen aanpak? Zo nee, waarom niet?
Een dergelijke website is reeds voorhanden, via het sanctieloket van RVO. In 2017
waren er tot nu toe ruim 15.000 page views. Er is ook een app beschikbaar (NL
exporteert). Het kabinet streeft er naar de vergunningaanvragen binnen de
doorlooptijd af te handelen. In voorkomende gevallen kan dit bij ingewikkelde
aanvragen langer duren. Zoals blijkt uit het antwoord op vraag 8 wordt meer dan
90% van de aanvragen op tijd behandeld.