Beantwoording Kamervragen van het lid Van Raan (PvdD)
over het rapport ‘Breaking the Barriers to the Circular
Economy’
Vraag 1
Bent u bekend met het rapport 'Breaking the Barriers to the Circular Economy',
waaruit blijkt dat de circulaire economie nog onvoldoende momentum heeft?1
Ja.
Vraag 2
Neemt u de geconstateerde knelpunten (te lage grondstofprijs, gebrekkige
consumentenkennis en tekortschietende gedragsverandering) serieus? Hoe gaat u
deze knelpunten oplossen?
De genoemde knelpunten en belemmeringen neem ik serieus. Daarom is in het
Rijksbrede programma “Nederland circulair in 2050”2
(hierna: het Rijksbrede
programma) en het Grondstoffenakkoord opgenomen dat via transitieagenda’s de
versnelling van de transitie naar een circulaire economie uitgewerkt wordt. Deze
transitieagenda’s worden in januari gepresenteerd. In het Regeerakkoord is
aangegeven dat de uitvoering daarvan ter hand genomen wordt. Ik wil de
kabinetsreactie op de transitieagenda’s voor de zomer van 2018 aan uw Kamer
aanbieden.
Vraag 3
Deelt u het standpunt uit het rapport dat de lage prijs voor nieuwe grondstoffen
(‘virgin materials’) ten opzichte van gerecyclede grondstoffen een van de grootste
barrières is op weg naar een circulaire economie? Zo nee, uit welk onafhankelijk
onderzoek blijkt dat de lage prijs geen grote barrière is op weg naar een circulaire
economie? Hoe gaat u deze barrière verhelpen?
Zoals in het Rijksbrede programma is aangegeven, is de prijs van grondstoffen een
van de factoren die relevant zijn om de transitie naar een circulaire economie te
versnellen. De transitieagenda’s, die op dit moment worden uitgewerkt, besteden
aandacht aan de weg waarlangs bestaande belemmeringen aangepakt dienen te
worden.
Vraag 4
Op welke wijze vermindert het Grondstoffenakkoord het totale (nieuw en
gerecycled) grondstofgebruik?
Hiervoor zijn drie doelstellingen in het Rijksbrede programma geformuleerd:
1) Grondstoffen in bestaande ketens worden hoogwaardig benut.
2) Waar nieuwe grondstoffen nodig zijn, worden fossiele, kritieke en nietduurzaam
geproduceerde grondstoffen vervangen door duurzaam
geproduceerde, hernieuwbare en algemeen beschikbare grondstoffen.
3) We ontwikkelen nieuwe productiemethodes, gaan nieuwe producten
ontwerpen en gaan gebieden anders inrichten. Ook bevorderen we nieuwe
manieren van consumeren. Dit leidt tot andere ketens die de gewenste
reductie, vervanging en benutting een extra impuls geven.
Om de realisatie van de doelstellingen uit het Grondstoffenakkoord te waarborgen,
wordt parallel aan het opstellen van de transitieagenda’s een monitoringssysteem
ontwikkeld. Hiermee wordt niet alleen de uitvoering van de transitieagenda’s
gevolgd, maar ook de mate waarin de maatschappelijke veranderingen
doorzetten. Het monitoringssysteem laat dus zien hoe snel de circulaire transitie
zich ontwikkelt. Samen met PBL, Universiteit Utrecht, CBS en RIVM wordt dit
systeem opgezet. Gelijktijdig met de transitieagenda’s wordt dit pakket in januari
2018 aan uw Kamer aangeboden.
Overigens, zoals toegezegd in de aanbiedingsbrief3
bij het Rijksbrede Programma,
zal Uw Kamer jaarlijks een voortgangsrapportage van het Rijksbrede programma
ontvangen waarin het kabinet zal ingaan op zowel de uitvoering van de acties als
op de voortgang van de transitie.
Vraag 5
Deelt u de mening dat met een jaarlijkse besteding van 10 miljard euro aan
producten en diensten het Rijk een sterke trendsetter kan zijn bij het stimuleren
van een herstel- en hergebruikeconomie? Wat zijn de nieuwe doelstellingen die dit
kabinet aan het inkoopbeleid stelt? Op welke manier stimuleert het Rijk ook
decentrale overheden om de 50 miljard euro die zij jaarlijks besteden in te zetten
voor de circulaire transitie?4
Ja, circulair inkopen is één van de instrumenten die het kabinet inzet om een
circulaire economie te bevorderen. Het Rijk heeft daarin een voorbeeldfunctie en
een rol als trendsetter. De afgelopen jaren zijn hierin al diverse stappen gezet,
zoals de inkoop van circulaire uniformen door het ministerie van Defensie en de
tijdelijke rechtbank in Amsterdam door het Rijksvastgoedbedrijf. De komende jaren
wil het kabinet doorgaan op dit pad en waar mogelijk komen tot verdere
grootschalige circulaire inkopen.
Het Rijk staat hierin niet alleen. Een groeiende groep van overheden ziet een
belangrijke taak voor zichzelf in het tot stand brengen van een circulaire
economie. Vele van hen hebben daarom net als het Rijk het Manifest
Maatschappelijk Verantwoord Inkopen (MVI) ondertekend. Al deze organisaties
stellen een actieplan op, gericht op de bredere MVI-thema’s, maar in de meeste
gevallen ook op circulair inkopen. Vanuit het Rijk wordt dit ondersteund, onder
meer door kennis te verspreiden via het expertisecentrum PIANOo, door een
nieuwe Green Deal Circulair Inkopen, door de Circulair Inkopen Academy en door
het ondersteunen van Communities of Practice.
Vraag 6
Kunt u deze vragen beantwoorden vóór het algemeen overleg Circulaire Economie
dat op 13 december 2017 gepland staat?
Ja.
1 https://www.uu.nl/files/breaking-the-barriers-to-the-circular-economy-white-paperwebpdf.
2 Bijlage bij Kamerstuk 32 853, nr. 33.
3 Kamerstuk 32 853, nr. 33.
4 https://www.rijksoverheid.nl/binaries/rijksoverheid/documenten/brochures/2013/11/28/
professioneel-inkopen-door-het-rijk/position-paper-professioneel-inkopen-door-het-rijk.pdf.