Antwoorden op de vragen van het lid Kuiken aan de minister van Justitie
en Veiligheid over aangiftes na misbruik door tantramasseurs
(ingezonden 23 november 2017, nr 2017Z16147)
Vraag 1
Kent u het bericht “Vrouwen waarschuwen voor misbruik door
'tantramasseurs'”?1)
Ja
Vraag 2
Deelt u de mening dat het bijzonder verwerpelijk is als personen zich
uitgeven als masseur om zo vrouwelijke slachtoffers van seksueel
misbruik te misbruiken? Zo ja, waarom en welke strafbare feiten kunnen
daarbij aan de orde zijn?
Vraag 3
Deelt ook u de vrees “dat de 24 klachten slechts het topje van de ijsberg
zijn, want de praktijk van misbruik leert dat veel anderen zich diep
schamen en niet aan de bel durven te trekken”? Zo ja, waarom? Wat
gaat u doen om dit nader te laten onderzoeken en aan te pakken? Zo
nee, waarom niet?
Antwoord vraag 2 en 3
Seksueel overschrijdend gedrag is onacceptabel en elk geval van seksueel
misbruik is er één teveel. Zoals ik ook in de brief 24 november jl. met uw Kamer
heb gedeeld is ongewenst seksueel gedrag tussen volwassenen strafbaar als er
sprake is van dwang.1
Daarvan is in ieder geval sprake bij seksueel geweld. Ook
strafbaar is seksuele interactie waarbij misbruik wordt gemaakt van mensen in
een kwetsbare toestand of positie, evenals seksuele interactie waarbij misbruik
van gezag wordt gemaakt. Een slachtoffer kan in al deze gevallen terecht bij de
politie of één van de van de Centra voor Seksueel Geweld (CSG’s). Deze instanties
kunnen ook uitkomst bieden in situaties waarin het voor het slachtoffer lastig te
bepalen is of het om strafbaar gedrag gaat. Het is namelijk niet altijd zo dat bij
elke melding sprake is van een strafbaar feit in de zin van de strafwet. Als er geen
sprake is van een strafbaar feit kan er geen aangifte worden gedaan, maar wordt
de melding wel geregistreerd.
Zedenzaken zijn ingrijpende zaken die veel emoties oproepen, waaronder mogelijk
gevoelens van schaamte. Ik vind het van groot belang dat slachtoffers van
seksueel misbruik hier melding van durven maken. Dit biedt de mogelijkheid om
opvolging te geven aan deze meldingen en hier mogelijk strafrechtelijke sancties
aan te verbinden. Om te bevorderen dat slachtoffers melding durven maken vind
ik het van belang dat de positie van het slachtoffer centraal staat. Zoals ik in mijn
brief van 24 november jl. met uw Kamer heb gedeeld heeft eerder dit jaar de
implementatie van richtlijn 2012/29/EU geleid tot een uitbreiding van de rechten
van slachtoffers zoals vastgelegd in het Wetboek van Strafrecht. Slachtoffers
kunnen altijd melding doen van een strafbaar feit.
En als er grensoverschrijdend gedrag heeft plaatsgevonden, kom dan zo snel
mogelijk naar de politie of het CSG, zodat een masseur kan worden aangepakt.
Vraag 4
Is het waar dat vrouwen die aangifte wilden doen door de politie werd
verteld dat dat geen zin had en het daarom bij een melding hebben
gelaten?
Vraag 5
Deelt u de mening dat vrouwen die in een dergelijke kwetsbare situatie
slachtoffer zijn geworden en een hoge drempel hebben moeten
overwinnen om naar de politie te stappen, er altijd van op aan moeten
kunnen dat zij aangifte kunnen doen? Zo ja, waarom en waarom hebben
vrouwen die zekerheid niet altijd? Zo nee, waarom niet?
Antwoord vraag 4 en 5
Ik ga niet in op de individuele casus. Een slachtoffer van ongewenst seksueel
gedrag kan in alle bij het antwoord op vraag 3 genoemde gevallen terecht bij de
politie of één van de van de Centra voor Seksueel Geweld (CSG’s).
Ik deel de mening dat zedenzaken zeer ingrijpende zaken zijn die veel emoties
oproepen. Zoals gezegd vind ik het dan ook van groot belang dat de positie van
slachtoffers centraal staat. Na een melding bij de politie voert de politie met een
slachtoffer een uitgebreid informatief gesprek. Daarin wordt het slachtoffer
geïnformeerd over de mogelijkheden van hulpverlening, het proces van aangifte,
slachtofferrechten, het recht op gratis rechtsbijstand en de mogelijke impact van
het strafrechtelijke traject. Het gesprek wordt gevoerd door gespecialiseerde
rechercheurs die getraind zijn in hun opstelling en op het objectief benaderen van
het feitenrelaas. Aansluitend aan dit eerste gesprek kan het slachtoffer direct
aangifte doen. Ik wil benadrukken dat in dit soort zaken met grensoverschrijdend
gedrag er een lastige bewijsvoering is. Vaak gebeuren dit soort overschrijdingen
zonder getuigen en kan er sprake zijn van het woord van het slachtoffer tegen het
woord van de masseur. Daarom is het van groot belang om eventuele sporen zo
snel mogelijk vast te leggen om de verklaring van het slachtoffer te onderbouwen.
Vraag 6
Hoeveel meldingen zijn er bij het Meldpunt Tantra Misbruik
binnengekomen? Staat de politie in verbinding met dit meldpunt? 2)
Het Meldpunt Tantra Misbruik is een particulier initiatief. Het exacte aantal
meldingen is mij dan ook niet bekend. Wanneer nodig staat de politie in contact
met het meldpunt.
Vraag 7
Kunnen gemeenten tantra-massage vergunningplichtig maken? Zo ja,
waarom en op welke wijze? Zo nee, waarom niet?
In antwoord op deze vraag merk ik op dat de meeste gemeenten al een
vergunningvereisten hebben op het gebied van seksinrichtingen en prostitutie.
Het aanbieden van tantra-massages kan daaronder ook worden begrepen. Ik wijs
erop dat het verrichten van therapeutische handelingen met de intieme delen
slechts is voorbehouden aan (para)medische professionals. Dit zijn bijvoorbeeld
artsen, verloskundigen of bekkenfysiotherapeuten die zich moeten houden aan de
protocollen van hun beroepsgroep. Voor het overige geldt in de meeste
gemeenten dat het tegen betaling aanbieden van sekswerk een
(prostitutie)vergunning vereist. Gemeenten kunnen handhavend optreden indien
een aanbieder van dergelijke diensten de gemeentelijke voorschriften overtreedt.
Ten overvloede merk ik nog op dat het kabinet heeft voorgenomen in het nieuwe
regeerakkoord om sekswerk zonder vergunning strafbaar te stellen.
1 Tweede Kamer 2017/2018, Kamerstuk 34843 nr. 1