Vragen van het lid Von Martels (CDA) over
elektromagnetische velden en elektrohypersensitiviteit.
Vraag 1
Bent u ermee bekend dat in Nederland geen of weinig voorzorgsmaatregelen
worden genomen ten aanzien van elektromagnetische straling in vergelijking tot
andere landen?1
Het Rijksbeleid is gebaseerd op de meest actuele wetenschappelijke inzichten.
Onlangs heb ik u mijn reactie op het advies van de Gezondheidsraad over mobiele
telefonie en kanker aangeboden. Een wetenschappelijk verband tussen gebruik
van een mobiele telefoon en gezondheidseffecten is volgens de Gezondheidsraad
onwaarschijnlijk. Het is mij bekend dat landen verschillend omgaan met de
beschikbare kennis over gezondheidseffecten van radiofrequente
elektromagnetische velden op lange termijn, en dat zij in hun beleid verschillende
keuzes maken tussen wetenschappelijk bewijs, sociale, economische en politieke
argumenten.
Hierbij merk ik op dat in Nederland de Europese aanbeveling (1999/519/EG) ter
bescherming van de bevolking tegen de mogelijke schadelijke effecten van
elektromagnetische velden wordt gevolgd. In deze aanbeveling worden
blootstellingslimieten gehanteerd die door de International Commission on NonIonizing
Radiation (ICNIRP) zijn aanbevolen. Deze ICNIRP-blootstellinglimieten
bevatten een ruime veiligheidsmarge, zodat ook rekening gehouden wordt met
ouderen, kinderen en mensen met een zwakke gezondheid.
Vraag 2
Hoe geeft u invulling aan het advies van de Gezondheidsraad om de blootstelling
aan mobiele telefonie zo laag als redelijkerwijs mogelijk te houden en de effecten
te blijven onderzoeken?2
Naar aanleiding van het advies van de Gezondheidsraad heb ik, samen met de
staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, besloten om het lopende
cohortonderzoek op dit terrein na 2017 voort te laten zetten. Hierdoor wordt eraan
bijgedragen dat er in de toekomst met meer zekerheid conclusies kunnen worden
getrokken over gezondheidseffecten van mobiele telecommunicatie op lange
termijn. Ook omdat het gebruik van communicatietechnologie aan snelle
verandering onderhevig is, blijft het verzamelen van gebruiksgegevens van
belang.
De Gezondheidsraad geeft in zijn advies over mobiele telefonie aan dat een
verband tussen gebruik van mobiele telefoon en gezondheidseffecten
onwaarschijnlijk is. Omdat de waarde van maatregelen om de blootstelling aan
radiofrequente elektromagnetische velden te verminderen onduidelijk is, voorziet
het beleid niet in dwingende maatregelen om het gebruik van mobiele telefoons te
beperken.
Zoals aangegeven in mijn reactie op het advies van de Gezondheidsraad, dat ik
mede namens de staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat naar de
Kamer heb gestuurd, zijn met de telecomsector de mogelijkheden besproken om
op vrijwillige basis blootstelling aan elektromagnetische velden zo laag als
redelijkerwijs mogelijk te houden. De telecomsector heeft hierop aangegeven dat
met de doelstelling van een goed bereik tegen lage kosten een bijdrage wordt
geleverd aan een zo laag mogelijk energieverbruik en daarmee aan een zo laag
mogelijke blootstelling aan radiofrequente elektromagnetische velden.
Daarnaast is in het Antenneconvenant 2010 – dat de afspraken tussen de
Rijksoverheid, gemeentes (VNG) en de operators van mobiele netwerken bevat om
de zorgvuldige plaatsing van bouwvergunningvrije antennes te borgen - de
afspraak opgenomen dat de operators ervoor zorg dragen dat de blootstelling van
de bevolking aan elektromagnetische velden zo laag als redelijkerwijs mogelijk is.
Verder voorziet het beleid in voorlichting over elektromagnetische velden. Zo is op
de website van het Kennisplatform Elektromagnetische Velden toegankelijke
informatie te vinden over hoe men zelf bij het gebruik van apparatuur blootstelling
aan elektromagnetische velden kan verminderen.
Vraag 3
Ziet u mogelijkheden om richtlijnen te geven om elektromagnetische straling
redelijkerwijs zo laag mogelijk te houden? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom
niet?
Een verband tussen radiofrequente elektromagnetische velden en effecten op de
gezondheid op de lange termijn is onwaarschijnlijk. Zoals aangegeven in het
antwoord op vraag 2 is de waarde van maatregelen om de blootstelling aan
radiofrequente elektromagnetische velden te verminderen, onduidelijk. Er is dan
ook geen aanleiding om richtlijnen vanuit de rijksoverheid op te leggen.
Wel voorziet het beleid in het beschikbaar zijn van toegankelijke informatie via de
website van het Kennisplatform Elektromagnetische Velden, het RIVM en via het
Antennebureau. Iedereen die in dit onderwerp geïnteresseerd is, kan hier
toegankelijke en betrouwbare informatie vinden.
Vraag 4
Wordt in het beleid betreffende elektromagnetische velden rekening gehouden
met onderzoeken waaruit blijkt dat elektromagnetische velden naast opwarming
van weefsel ook andere schadelijke biologische effecten op celniveau kunnen
veroorzaken? Zo ja, op welke wijze?
De adviezen van de Gezondheidsraad vormen een belangrijke basis voor het
beleid ten aanzien van radiofrequente elektromagnetische velden. In het meest
recente advies heeft de Gezondheidsraad zowel epidemiologische als
dierexperimentele gegevens systematisch geanalyseerd, waarbij ook gelet is op de
kwaliteit van de onderzoeken. Bij het beoordelen van effecten van blootstelling
aan elektromagnetische velden wordt onderscheid gemaakt tussen biologische
effecten en gezondheidseffecten. Pas als biologische effecten zo sterk zijn dat deze
niet meer door het lichaam kunnen worden opgevangen, is sprake van een
gezondheidseffect. De Gezondheidsraad concludeert dat er geen bewijs is dat
langdurige of herhaalde blootstelling aan radiofrequente elektromagnetische
velden, zoals die van mobiele telefonie, kanker kan veroorzaken.
Vraag 5
Is er sprake van een toename van elektrohypersensitiviteit in Nederland? Welke
gegevens zijn hierover bekend?
In de Volksgezondheid Toekomst Verkenning wordt voor een groot aantal ziekten
en aandoeningen het voorkomen in Nederland beschreven. Deze Verkenning wordt
periodiek uitgevoerd. Elektrohypersensitiviteit is niet opgenomen in de meest
recente verkenning uit 2014. Mij zijn verder geen andere bronnen bekend die over
betrouwbare informatie beschikken als het gaat om het aantal mensen dat
gezondheidsklachten ervaart als gevolg van bronnen van elektromagnetische
velden.
Vraag 6
Bent u, met het oog op het rapport ‘Meewegen van gezondheid in het
omgevingsbeleid’ van de Gezondheidsraad dat adviseert om bij complexe en
onzekere risico’s belanghebbenden te betrekken, bereid een inspanning te doen
om belanghebbenden weer aan tafel te krijgen bij het kennisplatform
Elektromagnetische Velden en Gezondheid door het platform meer bij hun wensen
aan te laten sluiten?3
Het Kennisplatform Elektromagnetische velden en Gezondheid is een
samenwerkingsverband tussen het RIVM, TNO, DNVGL, Agentschap Telecom, GGD
GHOR Nederland, ZonMw en Milieu Centraal. Het Kennisplatform duidt op een
onafhankelijke wijze wetenschappelijke informatie over elektromagnetische
velden. Het uitgangspunt hierbij is dat burgers en professionals deze informatie
kunnen gebruiken om hun standpunten ten aanzien van elektromagnetische
velden te bepalen.
Daarnaast beantwoordt het Kennisplatform vragen van burgers, overheden en
bedrijfsleven over elektromagnetische velden. Ook faciliteert het Kennisplatform
de interactie tussen de betrokken partijen, waaronder maatschappelijke
organisaties. Ik hecht er belang aan dat alle partijen zoveel mogelijk bij de
activiteiten van het Kennisplatform betrokken worden. Het Kennisplatform beoogt
bij de uitvoering van zijn taken een zo breed mogelijk publiek te bereiken. Hierbij
past het niet dat de inspanningen van het Kennisplatform specifiek op één groep
belanghebbenden gericht zijn.
1 M. Redmayne, ‘International policy and advisory response regarding children’s exposure to
radio frequency electromagnetic fields (RF-EMF)’, in Electromagnetic Biology and Medicine,
19 augustus 2015, http://www.abc.net.au/catalyst/download/Redmayne_2015_Policy_
paper_WITH_HIGHLIGHTS_EBM.pdf.
2 Gezondheidsraad, Mobile phones and cancer: Part 3. Update and overall conclusions from
epidemiological and animal studies, beschikbaar op: https://www.gezondheidsraad.nl/nl/taakwerkwijze/werkterrein/gezonde-leefomgeving/mobile-phones-and-cancer-part-3-update-andoverall.
3 Gezondheidsraad, Meewegen van gezondheid in omgevingsbeleid. Evenwichtig en
rechtvaardig omgaan met risico’s en kansen, 20 juli 2016,
https://www.gezondheidsraad.nl/nl/taak-werkwijze/werkterrein/gezondeleefomgeving/meewegen-van-gezondheid-in-omgevingsbeleid