Antwoorden van de minister voor Rechtsbescherming op schriftelijke
vragen van de leden Kuiken (PvdA) en Van Nispen (SP) over de
achterstanden bij de rechtbank Zeeland-West-Brabant (ingezonden 3
november 2017, 2017Z14687)
Vraag 1
Kent u het bericht 'Behandeling hoger beroep vaak te laat vanwege
drukte rechtbank Breda'? 1)
Antwoord op vraag 1
Ja.
Vraag 2
Hoe vaak komt het voor dat vanwege achterstanden bij de rechtbank
Zeeland-West-Brabant vertragingen bij de behandeling van hoger
beroepen in grote strafzaken ontstaan? Hoe vaak komt het voor dat in
relatief eenvoudige hoger beroepzaken sprake is van gebrekkige
dossiers?
Antwoord op vraag 2
De Raad voor de rechtspraak (Rvdr) heeft aangegeven dat dergelijke gegevens
niet uit de systemen kunnen worden afgeleid. Begin 2017 hebben de rechtbank
Zeeland-West-Brabant en het hof ‘s-Hertogenbosch vastgesteld dat in een
onwenselijk aantal zaken de rechtbank de strafdossiers niet tijdig en/of niet
volledig aanleverde bij het hof. De appèlakte ontbrak bijvoorbeeld, waardoor het
hof niet kon beoordelen of er hoger beroep was ingesteld en zo ja, of dat tijdig was
gebeurd. Er was geen aparte registratie van ingestelde appèllen.
De rechtbank heeft hiervoor inmiddels maatregelen getroffen, zoals het aanstellen
van een appèllencoördinator, het houden van een ‘exitcontrole’ van zaken,
uitbreiding van de personeelscapaciteit en frequent overleg met het hof.
Er wordt beoogd om binnen een jaar alle appèldossiers compleet en tijdig in te
dienen bij het hof.
De hoofdregel is dat alle zaken worden uitgewerkt. Om zaken in eerste aanleg
sneller te laten doorstromen naar hoger beroep heeft het hof in overleg met de
rechtbank tijdelijk andere afspraken gemaakt. Deze komen er kort gezegd op neer
dat in bepaalde categorieën zaken, met name politierechter- en kantonzaken,
wordt gewerkt met dossiers waarin het proces-verbaal van de zitting bij de
rechtbank ontbreekt. Het hof beschikt wel altijd over de zogeheten Aantekening
Mondeling Vonnis (AMV) met daarin de kerngegevens van de beslissing van de
politierechter. Als tijdens de behandeling van een zaak in hoger beroep blijkt dat
het proces-verbaal nodig is voor een goede behandeling, dan wordt de rechtbank
gevraagd dit proces-verbaal alsnog uit te werken. Voor de rechtbank en het hof is
de kwaliteit van de behandeling in hoger beroep bepalend.
Vraag 3
Schrikt u ook als u leest dat in 80 procent iets aan het appeldossier
schort? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
Antwoord op vraag 3
De Rvdr heeft mij laten weten dat dit percentage betrekking heeft op de situatie
van ongeveer een half jaar geleden. Toen was er nog geen sprake van een
structurele aparte zaaksregistratie. Ook had op dat moment de rechtbank nog niet
de in het antwoord op vraag 2 genoemde maatregelen genomen en de afspraken
met het hof gemaakt. Ik zie dat percentage dan ook als een momentopname.
Inmiddels zijn maatregelen genomen en afspraken gemaakt om ervoor te zorgen
dat de appèldossiers op orde komen.
Vraag 4
Deelt u de mening dat vertragingen en gebrekkige dossiers de belangen
van slachtoffers en eventuele nabestaanden schaden omdat die langer in
onzekerheid moeten blijven over de afloop van een strafzaak? Zo ja,
waarom? Zo nee, waarom niet?
Antwoord op vraag 4
Het is onwenselijk als een strafzaak door vermijdbare vertragingen langer duurt
dan nodig is. Uit de genomen maatregelen leid ik af dat alle betrokken instanties
de schadelijke effecten onderkennen en zich inspannen om te voorkomen dat een
strafzaak langer duurt dan nodig is.
Vraag 5
Hoe vaak wordt vanwege de genoemde gebreken het recht van iedere
verdachte om binnen een redelijke termijn te worden berecht
geschonden?
Vraag 6
Hoe vaak leidt de overschrijding van termijnen tot toepassen van
strafkorting? Deelt u de mening dat strafkortingen om die reden
onwenselijk zijn?
Antwoord op vraag 5 en 6
Het hof houdt geen aparte registratie bij van de overschrijdingen van de redelijke
termijn en welke gevolgen het hof daaraan heeft verbonden. Exacte gegevens
hierover kunnen pas na zeer tijdrovend onderzoek worden verkregen: daarvoor
moeten alle zaken bij het hof die zijn afgedaan en die afkomstig zijn van de
rechtbank Zeeland-West Brabant afzonderlijk worden bekeken.
Overigens hoeft een te late inzending van een appèl niet te leiden tot een
overschrijding van de redelijke termijn. Bij het antwoord op de vraag of de redelijk
termijn is geschonden, is de doorlooptijd van een zaak in hoger beroep slechts een
onderdeel.
Vraag 7
Deelt u de mening van de rechtbank dat de problemen ontstaan zijn
vanwege het toenemend aantal grote, complexe strafzaken dat mede
voortvloeit uit de opgevoerde strijd in de regio tegen de ondermijnende
(drugs)criminaliteit? Zo ja, wat gaat u doen om er voor te zorgen dat die
problemen opgelost worden? Zo nee, waarom niet?
Antwoord op vraag 7
Mij is bekend dat in het arrondissement Zeeland-West-Brabant al enige jaren een
toenemend aantal grote, complexe strafzaken wordt behandeld. Deze complexe
strafzaken kosten de rechtbank veel extra capaciteit. De rechtbank heeft op
meerdere terreinen acties ondernomen om dit zaaksaanbod op te vangen. Zo
wordt onder meer een speciale grote zaken- of ondermijningskamer ingericht die
op 1 januari 2018 zal starten, is het aantal strafrechters uitgebreid, zijn extra
rechters in opleiding aangenomen en is er een project gestart om de
achterstanden in appèllen weg te werken.
Vraag 8
Wilt u in overleg met de Raad voor de rechtspraak treden om er voor te
zorgen dat er voldoende capaciteit bij de rechtbank Zeeland-WestBrabant
is om aan de genoemde problemen een einde te maken? Zo ja,
op welke termijn gaat u dit doen en wilt u de Kamer op de hoogte stellen
van de uitkomst van dat overleg? Zo nee, waarom niet?
Antwoord op vraag 8
De maatregelen die de rechtbank Zeeland-West-Brabant en het hof ’sHertogenbosch
hebben genomen geven mij voldoende vertrouwen dat op termijn
de problemen kunnen worden opgelost. Om die reden acht ik het op dit moment
niet noodzakelijk om daarover in overleg te gaan met de Rvdr.
Vraag 9
Zijn de problemen bij de rechtbank Zeeland-West-Brabant
symptomatisch voor de problemen bij andere rechtbanken? Zo ja, waar
blijkt dat uit en wat gaat u doen om aan die problemen een einde te
maken? Zo nee, waarom niet?
Antwoord op vraag 9
De Rvdr heeft mij laten weten geen informatie te hebben dat zich bij andere
rechtbanken dergelijke problemen ook voordoen. Ik zie dan ook geen reden om
maatregelen te nemen.
1) https://www.bndestem.nl/breda/behandeling-hoger-beroep-vaak-te-laatvanwege-drukte-rechtbank-breda-om-gek-van-te-worden~a6e5c524/